De effecten van lage en negatieve rentes beperken zich niet tot verlagingen van pensioenen op de korte termijn, maar hebben ook betrekking op toekomstige pensioenopbouw en premies. Dat stelt belangenbehartiger de Pensioenfederatie in een maandag verschenen analyse.
In augustus zagen ambtenarenpensioenfonds ABP en Pensioenfonds voor Zorg en Welzijn (PFZW) hun zogenoemde dekkingsgraad tot onder de 90 procent zakken. Bij zo’n ongunstige verhouding tussen de bezittingen en de uitkeringsverplichtingen van een pensioenfonds, komen twee onwenselijke gevolgen in beeld: het verhogen van de pensioenpremies en het korten op opbouw en uitkeringen van pensioenen.
Het risico van pensioenkortingen is reëel, liet het Centraal Planbureau (CPB) vorige week al weten. Maar ook bij een verdere daling van de rente en zakkende beurskoersen zijn de gevolgen voor 2020 nog beperkt, aldus het CPB.
De pensioenuitkeringen en -opbouw zouden er volgend jaar 0,2 tot 0,3 procent op achteruitgaan, schat het Planburau. Als de totale kortingen over een langere periode van tien jaar worden uitgesmeerd, zou het om iets meer dan 6 procent pensioenkorting over tien jaar gaan, zo valt af te leiden uit de prognose van het CPB.
Korting pensioen? Reken maar op 8%
Maar de Pensioenfederatie trekt nu harder aan de bel. De koepelorganisatie schrijft “dat verlagingen van bijvoorbeeld 8 procent of meer niet denkbeeldig zijn”. Het is ook maar de vraag of die over meerdere jaren worden uitgesmeerd. Een “stapeling van verlagingen” behoort ook tot de mogelijkheden, aldus de belangenbehartiger. Dit heeft mede te maken met strengere rekenregels voor pensioenfondsen die in 2021 worden geïntroduceerd.
Om de dalende pensioenopbouw te compenseren zouden ook de pensioenpremies met maar liefst 10 tot 30 procent moeten stijgen, aldus de pensioenclub. Dit treft vooral werknemers die bij pensioenfondsen zijn aangesloten.
Volgens de Pensioenfederatie wordt de rekenrente, waarmee pensioenfondsen berekenen hoeveel geld zij in kas moeten hebben, te veel beïnvloed door de (lage) marktrente.
Vanaf 2021 gaat die marktrente nog zwaarder meetellen in het berekenen van de rekenrente en "kan dat bij een fonds met een jonge populatie 10 procentpunt daling van de dekkingsgraad tot gevolg hebben". Wat weer zou leiden tot lagere pensioenopbouw en -uitkeringen en/of hogere premies.
De Pensioenfederatie noemt de situatie "buitengewoon ernstig en bedreigend voor het pensioenstelsel, inclusief het beoogde stelsel voor de toekomst". Minister van Sociale Zaken Wouter Koolmees heeft aangekondigd op korte termijn met de belangenbehartiger in overleg te treden.