1. Jean Claude Trichet: vergane glorie
Ooit zag iedereen uit naar zijn beslissingen. Hij bepaalde of er in het
eurogebied geremd werd, of dat het gas er op ging. Hij stond in het midden
van het midden. Kritiek gleed van hem af en voor adviezen was hij doof.
Jean-Claude Trichet, president van de Europese Centrale Bank (ECB) – de meest
onafhankelijke centrale bank van de wereld – was aan niemand rekenschap
verschuldigd. Zijn voorganger Wim Duisenberg had het de Europese politici al
duidelijk gezegd: "De president van de ECB is Mr. Euro". Niemand
anders.
Maar die tijd is voorbij. Trichet strompelt achter de feiten aan. Hij laat
zich door politici en markten chanteren om dingen te doen die tegen al zijn
principes ingaan. De kredietcrisis van 2008 dwong hem om de rente te
verlagen naar 1 procent en de banken de sleutel van zijn kluis te geven.
Hoeveel euro’s er in omloop zijn, bepalen de banken sindsdien zelfs.
Door de schuldencrisis van 2010 moest Trichet nog een stap achteruit doen.
Gedwongen door de omstandigheden begon hij met het opkopen van obligaties
van eurolanden met betalingsproblemen – een paar dagen eerder had hij zo’n
actie nog uitgesloten. Natuurlijk, Trichet blijft de centralebankpresident,
en dat geeft automatisch een bepaalde macht. Maar van de fiere,
onaantastbare Mr. Euro is niet veel meer over.
2. Jean Claude Juncker: krachteloos
De premier van Luxemburg en tevens minister van Financiën van dat landje,
werd op 1 januari 2005 benoemd tot vaste voorzitter van de Eurogroep, de
vergadering van de ministers van Financiën van de eurolanden. Men had
bedacht dat het wel handig zou zijn om voortaan een vaste voorzitter te
hebben.
Juncker moest in die rol de politieke tegenhanger worden van naamgenoot
Trichet. De ECB-president was er voor het monetaire beleid, de
Eurogroep-voorzitter zou er zijn voor het politieke geluid. De pers riep
Juncker na zijn benoeming uit tot Mr. Euro, wat direct een boze reactie
uitlokte vanuit het ECB-hoofdkwartier in Frankfurt.
Juncker zou de leider van het eurogebied kunnen zijn. De man die voorop gaat
in de strijd tegen begrotingstekorten en hoge staatsschuld. Met het
Stabiliteitspact in de hand heeft hij in theorie het eurogebied aan een
touwtje. Overtreedt een land keer op keer de begrotingsregels, dan dreigt
een forse boete. Maar Juncker is allesbehalve streng gebleken.
In de schuldencrisis zou Juncker de boel op sleeptouw moeten nemen. Hij is in
de positie om de bezuinigingen van de eurolanden af te dwingen, te
coördineren en uit te leggen aan de buitenwereld. Dat probeert hij ook wel,
maar met zoveel kapiteins op een schip valt het niet mee.
3. Herman van Rompuy: dappere dodo
De nieuwste kapitein heet Herman van Rompuy. Sinds november 2009 is de Belg
de eerste 'president van de Europese Unie'. Niemand weet wat die functie
precies inhoudt, behalve dan dat hij de vaste voorzitter van de Europese
Raad is. En niemand weet waarom nou net Van Rompuy de meest geschikte
kandidaat was.
Als president probeert hij dapper om de eenheid van Europa te bewaken. Dat
betekent in de praktijk veel overleggen met de Franse en Duitse
regeringsleiders. Echte macht heeft hij niet, dus doet de EU-president er
alles aan om zichzelf onmisbaar te maken. Plannen, voorstellen, werkgroepen,
toekomstverkenningen; het kan niet op. Hij is het oliemannetje van de
schuldencrisis.
4. José Manuel Barroso: genegeerd
Wie hem ziet strompelen, denkt met pijn terug aan zijn hoogtijdagen. De tijd
dat Commissievoorzitter José Manuel Barroso de onbetwiste leider van de
Europese Unie was. Er gebeurde niets zonder dat hij er van wist.
Maar tegenwoordig wordt hij al vaker genegeerd. De nationale politici hebben
in de crisis het initiatief, de bestuurders in Brussel spelen tweede viool.
Er gebeuren dingen in Europa waar Barroso geen weet van heeft.
Regeringsleiders en centrale bankiers maken afspraken zonder hem er direct
bij te betrekken. Hij is een uitvoerder geworden. Een waterdrager.
5. Angela Merkel: de nerveuze solist
Merkel zou de onbetwiste leider kunnen zijn. Bij het Duitse overwicht leggen
de meeste andere regeringsleiders zich graag neer. Als de bondskanselier
maar eens op zou houden met die autistische solo's.
Ze besloot op eigen houtje ongedekt ('naked') speculeren op koersdalingen te
verbieden, schreeuwde van de daken dat het einde van Europa nabij is en
weigerde lange tijd mee te denken over een reddingsplan, maar ging
uiteindelijk toch akkoord.
Merkel heeft te kampen met een slecht functionerende coalitie, een bevolking
die helemaal geen zin heeft om spilzuchtige Grieken of Spanjaarden te redden en binnenlandse banken die tot hun oren in het schuldpapier uit die landen
zitten. De meeste van Merkels acties en uitspraken zijn daarom voor
binnenlands gebruik.
Europa kijkt naar haar om het hele continent uit de ellende te trekken, maar
Merkel zelf heeft haar handen al vol aan Duitsland.
Lees ook:
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl