In navolging van de Britse premier Cameron lijkt nu ook Noorwegen aan te sturen op een deal met de Europese Unie. Er is alleen één probleem: de Noren zijn niet eens lid. Wat zegt dit over hun onderhandelingsruimte?

De inkt van het akkoord tussen Groot-Brittannië en de Europese Unie is nog nauwelijks droog of er meldt zich een nieuwe gegadigde aan de onderhandelingstafel.

Het Noorse conservatieve parlementslid Arve Kambe wil net als de Britten aansturen op een versobering van de sociale voorzieningen voor buitenlandse werknemers uit de Europese Unie, zo meldt persbureau Bloomberg.

Staatsfonds

Opmerkelijk is zijn pleidooi niet, gelet op de omvangrijke migratiestroom van de laatste jaren. Dankzij de grote rijkdom aan olie en gas is Noorwegen het op één na rijkste land van Europa, gemeten in inkomen per inwoner.

Om de opbrengsten uit de bodemschatten veilig te stellen en de welvaart ook voor toekomstige generaties te behouden, heeft Noorwegen een groot staatsfonds opgetuigd. In combinatie met de hoge lonen, relatief korte werkdagen en goede sociale voorzieningen trekt dat veel werknemers uit de EU aan.

In het eerste halfjaar van 2015 steeg de arbeidsmigratie vanuit de EU naar Noorwegen met meer dan 10 procent. Daar komt de recente grote instroom van vluchtelingen bij. Omdat migranten veelal dezelfde rechten op sociale voorzieningen hebben als de Noren, zet dit het sociaal stelsel onder druk.

Werkloosheid

Ook op de arbeidsmarkt kan de migratie een flinke impact hebben. Het Internationaal Monetair Fonds waarschuwde onlangs voor het risico op een toenemende werkloosheid op korte termijn, met name onder jongeren en lager opgeleiden. De Noorse werkloosheid is met 3,7 procent erg laag ten opzichte van het gemiddelde in de eurozone van 10,3 procent. Maar de vraag is of dit houdbaar is.

Kambe wil nu een soortgelijke deal sluiten met Brussel als de Britse premier Cameron. Zo wil hij de bedragen van uitkeringen aanpassen aan de levensstandaard in het land van herkomst.

Geen EU-lid

Het is echter de vraag of dit gaat lukken. Er is namelijk één probleem: in tegenstelling tot Groot-Brittannië is Noorwegen geen lid van de Europese Unie. Dat maakt de onderhandelingspositie van de Noren er niet sterker op: dreigen met een 'Nexit' heeft immers geen zin. Toch hebben de Noren een paar sterke troeven in handen.

Allereerst is er de grote rijkdom aan olie en gas. Noorwegen zit in de top 5 wereldwijde exporteurs van ruwe olie. Ruim 20 procent van het gas dat de EU verstookt is afkomstig uit Noorwegen. Omgekeerd is de EU ook belangrijk voor Noorwegen: bijna 60 procent van de buitenlandse handel verloopt met Europa. Dat maakt van Noorwegen een belangrijke gesprekspartner.

EVA en EER

Daarnaast is Noorwegen weliswaar geen lid van de Europese Unie, maar wel van twee andere belangrijke samenwerkingsverbanden: de Europese Vrijhandels Associatie (EVA) en de Europese Economische Ruimte (EER).

De EVA heeft als doel de vrije handel tussen de lidstaten te bevorderen, terwijl de EER het vrije verkeer van goederen, diensten, geld en personen stimuleert.

Bovendien heeft Noorwegen 75 procent van de wetten van de EU overgenomen. Door deze samenwerking kunnen bedrijven in de EU bijna al hun producten zonder importheffingen naar Noorwegen exporteren. Ook dat zorgt ervoor dat wel naar Noorwegen wordt geluisterd.

Verder kan Noorwegen dreigen om zijn eigen sectoren te beschermen en te subsidiëren, omdat het geen lid is van de EU. De keerzijde van die vrijheid is overigens wel dat Noorwegen als niet-EU-lid geen enkele zeggenschap heeft in de totstandkoming van EU-wetgeving.

Referendum

De Noorse bevolking lijkt hier niet mee te zitten. Noorwegen heeft in het verleden diverse malen overwogen om alsnog toe te treden tot de EU, maar de bevolking heeft dit tot tweemaal toe, in 1972 en 1994, geblokkeerd in een referendum.

Een peiling eind vorig jaar wees uit dat 72 procent van de bevolking een toekomst voor Noorwegen buiten de EU ziet.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl