Omdat het niet echt voor de hand ligt dat een werkgever die tegenover een van
zijn werknemers bij de rechter is beland, de kosten gaat vergoeden, zou het
logisch zijn als de werknemer deze zelf van de belasting mag aftrekken.
Volgens de Wet op de Inkomstenbelasting 1964 mocht dit dan ook. De werknemer
kon de kosten die hij had gemaakt om een advocaat in te huren bij zijn
belastingaangifte opvoeren als ‘kosten tot behoud van inkomsten uit arbeid’.
Maar bij de belastingherziening van 2001 werd deze aftrekpost geschrapt
en sindsdien kan dit dus niet meer. Vervelend, want het aanvechten van een
ontslag kost je als werknemer al snel duizenden euro’s.
De advocaat-generaal van de Hoge Raad concludeerde vorig jaar november in een
advies aan de Hoge Raad dat hier sprake was van een rare situatie en dat de
kosten ook voor de werknemers zelf aftrekbaar moesten zijn. Afgelopen
vrijdag bleek dat de Hoge Raad dit advies niet op volgt.
De zaak die in cassatie voorlag, ging over een werknemer die in 2001
bijna zesduizend euro had uitgegeven vanwege een conflict met zijn
werkgever. Hij had deze kosten in zijn belastingaangifte opgevoerd als
negatief loon. Dat mag niet, want het gaat hier niet om negatief loon, maar
om kosten die hij had gemaakt om zijn werk te behouden. Maar die zijn dus
sinds 2001 niet meer aftrekbaar.
De vraag was toen of het discriminatie is om de werkgever wel de mogelijkheid
te geven deze kosten belastingvrij te laten uitkeren, maar de werknemer ze
niet te laten aftrekken, als hij ze zelf moet betalen. Dit heeft namelijk
tot gevolg dat de ene werknemer de kosten belastingvrij vergoed krijgt en de
andere over deze zelfde kosten wel belasting moet betalen.
De Hoge Raad heeft nu geoordeeld dat hier geen sprake is van
discriminatie. Volgens de Hoge Raad is er namelijk alleen sprake van
discriminatie als er geen redelijke en objectieve rechtvaardiging is voor de
ongelijke behandeling. Bij de parlementaire behandeling van de Wet op de
Inkomstenbelasting 2001 is uitgebreid gesproken over de vraag of de kosten
die een werknemer maakt om zijn ontslag aan te vechten wel aftrekbaar
moesten blijven in een stelsel waarin beroepskosten in principe niet meer
aftrekbaar waren. Het antwoord was nee. De Hoge Raad vindt dit een redelijke
keuze. Die dus geëerbiedigd moet worden.
Dit neemt niet weg dat de situatie vreemd is. Beter zou het zijn als alle
werknemers de kosten die zij maken om een dreigend ontslag aan te vechten,
mogen aftrekken. Het is aan de minister van Financiën en de Tweede Kamer om
dit te regelen.
Dat hoeft de schatkist niet eens veel te kosten. Als het plan van het
kabinet het haalt om werknemers die eruit vliegen een vaste wettelijke
vergoeding te geven zonder dat hier een rechter en dus proceskosten aan te
pas komen, zullen alleen werknemers die het hier niet mee eens zijn nog naar
de kantonrechter stappen.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl