Energielabels die sinds enkele jaren officieel verplicht zijn als een huis te koop staat, kunnen behoorlijke invloed hebben op de verkoopprijs. Alleen in grote steden waar de huizenmarkt momenteel oververhit is, ligt dat anders.
Dat concluderen onderzoekers van de Universiteit van Tilburg, die onder leiding van professor Dirk Brounen keken naar de koopwoningen met energielabel die in de tweede helft van 2017 zijn verkocht. Daarbij is rekening gehouden met de verschillende kenmerken van een huis, zoals leeftijd, staat van onderhoud, locatie en woningtype.
Het energielabel geeft aan of een woning veel of weinig energie verbruikt. De energiezuinigste huizen krijgen een A-label, de minst zuinige woningen een G-label. Het energielabel is sinds 1 januari 2015 verplicht voor huiseigenaren op het moment dat zij hun huis verkopen of verhuren.
Van de ruim 60.000 koopwoningen die in de eerste zes maanden van dit jaar zijn verkocht had bijna eenderde een A- of een B-label, schrijven de onderzoekers. 16 procent had een ongunstig F- of G-label.
Uit de studie blijkt dat een A- en B-label 6.300 euro extra oplevert bij verkoop, terwijl koopwoningen met een F- en G-label voor bijna 13.000 euro minder dan gemiddeld van eigenaar wisselden. Die verschillen zijn iets groter vergeleken met eerder onderzoek van Brounen.
Ook de verkooptijd van huizen met een gunstig energielabel is aanzienlijk korter. Een woning met A-label is 48 dagen sneller verkocht dan gemiddeld. Bij een G-label duurt de verkoop juist 52 dagen langer.
Invloed energielabel in grote steden stuk kleiner
De onderzoekers keken ook specifiek naar de invloed van energielabels op de huizenmarkt in Amsterdam, Rotterdam, Utrecht en Den Haag. Omdat de huizenmarkt in deze steden sterk oververhit is, blijken de situaties daar sterk af te wijken van het landelijke gemiddelde.
De verkoopsnelheid tussen een A- en G-labelwoning in de grote stad loopt maar 21 dagen uiteen, terwijl dit landelijk ruim 102 dagen is. En de prijskorting van een F- en G-label koopwoningen is gemiddeld slechts 2.300 euro.
“De informatie in energielabels is hetzelfde in heel het land, maar wordt in grote steden duidelijk minder zwaar meegewogen door kopers. In de oververhitte woningmarkten in de grote stad wordt minder onderscheid gemaakt door kopers. Men betaalt op dit moment de hoofdprijs voor vrijwel elke woning, ongeacht de energiestatus”, concludeert onderzoeksleider Brounen.