In een extreem scenario kan de olieprijs tot $40 per vat dalen

De olieprijzen kunnen in een ‘worst-case scenario’ dalen tot onder de 40 dollar per vat, schrijven analisten van zakenbank Goldman Sachs maandag in een rapport.

Een vat ruwe Brentolie schommelt rond de 64 dollar per vat en US West Texas Intermediate (WTI) staat op zo’n 60 dollar per vat. De prijzen van beide belangrijke olieprijzen zijn dit jaar met zo’n 15 procent gedaald.

Goldman Sachs verwacht dat de prijzen van Brent en WTI in december 2026 respectievelijk 55 dollar en 51 dollar per vat zullen bedragen. Daarbij gaan analisten van de zakenbank ervan uit dat de VS een recessie zal weten te vermijden en de OPEC-landen de productie gematigd laten stijgen.

Maar “in een minder waarschijnlijk extreem scenario, waarbij zowel de groei van de wereldeconomie verzwakt en de productiebeperkingen van de OPEC+ landen volledig worden afgebouwd, schatten we dat Brent-olie eind 2026 zal terugvallen tot onder de 40 dollar per vat”, schrijven de analisten. De laatste keer dat een vat Brent-olie minder dan 40 dollar kostte was begin 2020.

In het geval van een "typische" recessie in de VS verwacht Goldman Sachs dat Brent-olie in december dit jaar 58 dollar per vat zal kosten en 50 dollar in december 2026.

Olieprijzen zijn heel gevoelig voor macro-economische veranderingen, omdat vrijwel alle sectoren in de economie energie nodig hebben.

De aangepast scenario's van Goldman Sachs volgen op de prijsdaling vorige week donderdag van 7 procent, in reactie op de importheffingen die de Amerikaanse president Trump aankondigde en de verrassende beslissing van de OPEC+ landen om de productie te verhogen. De daling van olieprijzen zette begin deze week door, waardoor het laagste prijsniveau in vier jaar tijd werd bereikt.

"Wat we zien bij de olieprijzen toont aan hoe fundamenteel energie en de economie met elkaar verbonden zijn", schreef energie-expert Angie Gildea van KPMG maandag. "Hogere productie gecombineerd met toenemende zorgen over de wereldeconomie heeft het sentiment op de markten veranderd van angst voor schaarste naar een overschot."

Lage olieprijzen kunnen de Amerikaanse olieproductie raken

Lagere energieprijzen waren een belangrijke campagnebelofte van Donald Trump. Maar een crash van de olieprijzen is niet goed voor de "drill, baby, drill"-agenda van Trump, die mikt op grotere Amerikaanse dominantie op de energiemarkt en hogere productie in de VS van fossiele brandstoffen.

De kosten van oliewinning zijn in de VS hoger dan in andere belangrijke olieregio's, zoals het Midden-Oosten. Onderzoeksbureau Rystad Energy schat dat het break-even punt voor de meeste Amerikaanse olieproducenten boven de 62 dollar per vat ligt.

Dus nu de olieprijzen richting de 60 dollar per vat gaan "is de zakelijke realiteit voor veel grote spelers dat zelfs een bescheiden productiegroei in gevaar dreigt te komen", schreef energie-expert Matthew Bernstein van Rystad Energy maandag in een rapport.

Om de winstmarges zeker te stellen zullen Amerikaanse olieproducenten hun kortetermijnproductie moeten opgeven en komen winstuitkeringen aan beleggers mogelijk onder druk.

Het nieuwe handelsbeleid van Trump — met ook heffingen op staal dat nodig is om boorinstallaties te bouwen — raakt de basis van de Amerikaanse oliesector, maar het echte pijnpunt is volgens Rystad Energy de onvoorspelbaarheid, want het zwalkende beleid "heeft gezorgd voor een onzekere situatie waarin het heel moeilijk opereren is voor managementteams."

LEES OOK: Groei van olievraag wordt in 2025 geremd, mede door handelsoorlog van Trump