Kost het verplaatsen van werk naar China, India of Polen banen? Nee, is het verrassende antwoord van econoom Ebel Berghuis die donderdag op dit onderwerp promoveert aan de Vrije Universiteit.

Het uitbesteden van werk over de grens leidt per saldo niet tot minder banen, concludeert Berghuis in zijn proefschrift. Weliswaar raken sommige werknemers hun baan kwijt als een bedrijf productie verhuist naar het buitenland, maar er komen ook weer banen bij.

Berghuis onderzocht de consequenties van ‘internationale productiefragmentatie’, oftewel het verplaatsen van de productie naar andere landen bij een tiental industriële bedrijven.

Offshoring: waarom niet minder banen?

Het uitbesteden van werk naar het buitenland gebeurt volgens Berghuis vooral als er behoefte is aan productievergroting, niet alleen maar vanwege kostenbesparingen. Er ontstaan nieuwe kansen, de omzet neemt toe.

Het gevolg is dat er in Nederland banen bij komen in het management om het hele proces in goede banen sturen, op de sales- en marketingafdelingen en bij onderzoek en ontwikkeling.

Dat laatste betekent wel dat mbo'ers en laaggeschoolden het moeilijker krijgen door het uitbesteden van werk, want het zijn hun functies die verdwijnen. Ervoor in de plaats komen banen voor hoger opgeleiden.

Berghuis merkt op dat juist door het uitbesteden van werk er in Nederland meer behoefte is aan veelzijdige, hoogopgeleide werknemers. In de industrie gaat het dan om mensen met een technische opleiding die ook beschikken over bijvoorbeeld kennis over  internationale handel, en als het even kan taal en cultuur.

Lees ook

Offshoring: Oost- en West-Europa in trek bij verplaatsing productie buiten Nederland

Philips: loonkosten Shanghai net zo hoog als in Drachten

 

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl