De baas van de National Security Agency (NSA) zegt dat er “bij niemand ook maar enkele twijfel” mag bestaan dat “een natiestaat een bewuste poging heeft gedaan” de uitkomst van de presidentsverkiezingen van 2016 te beïnvloeden.
Admiraal Michael Rogers, die zowel de NSA als US Cyber Command leidt, maakte dat duidelijk tijdens een door The Wall Street Journal georganiseerde conferentie. Hij kreeg een vraag over de 20.000 interne e-mails van de Democratische partij die door Wikileaks zijn vrijgegeven.
“Er moet bij niemand ook maar enige twijfel zijn”, zei Rogers. “Dit was niet iets dat per ongeluk is gebeurd. Dit was niet iets dat bij toeval is gedaan. Dit was niet een willekeurig doelwit. Dit was een bewuste poging van een natiestaat om een bepaald doel te bereiken.”
Rogers zei verder niks over welke natiestaat of het specifieke doel, hoewel medewerkers van Amerikaanse veiligheidsdiensten zeggen dat ze Rusland ervan verdenken de e-mails naar WikiLeaks te hebben doorgesluisd, nadat hackers ze hebben gestolen van servers van de Democraten en het persoonlijke e-mailaccount van John Podesta, de campagneleider van Hillary Clinton.
In het afgelopen jaar zijn zeker twee hackergroepen die verbonden zijn aan de Russische regering gevonden in de netwerken van de Democratische partij terwijl ze e-mails en chats aan het lezen waren en privédocumenten aan het dwonloaden waren. Veel van die documenten zijn later door Wikileaks openbaar gemaakt.
Bewijs voor Russische bemoeienis
De hack die is onderzocht door de FBI en cybersecuritybedrijf Crowdstrike is door een lange technische analyse aan Rusland gelinkt, zoals is toegelicht op het blog van het bedrijf. Voormalig NSA-onderzoekswetenschapper Dave Aitel, die nu een ander cybersecuritybedrijf leidt, noemde de analyse "de spijker op de kop".
De hack van het privé-Gmailadres van Podesta hebben cybersecurityonderzoekers kunnen herleiden naar de Russische militaire inlichtendienst GRU, omdat de groep een fout heeft gemaakt met hun phishingcampagne om mensen wachtwoorden afhandig te maken of op schadelijke links te laten klikken. De onderzoekers ontdekten dat de groep meer dan honderd e-mailadressen die met de campagne van Clinton te maken hadden hebben aangevallen, schreef The New York Times.
De regering van Obama beschuldigde Rusland er in oktober publiekelijk van achter de hacks te zitten.
"De Amerikaanse veiligheidsdiensten zijn ervan overtuigd dat de Russische regering opdracht heeft gegeven voor het bemachtigen van de e-mails", staat in een verklaring van het Department of Homeland Security. "Deze diefstal en onthullingen zijn bedoeld om de Amerikaanse verkiezingen te beïnvloeden."
Senator Lindsey Graham van South Carolina zei dinsdag dat hij wil dat de Senaat onderzoek gaat doen naar de vraag of de Russische regering zich heeft bemoeid met de Amerikaanse verkiezingen. De Russische president Vladimir Poetin heeft meerdere malen ontkent dat zijn land achter de hacks zit.