De Europese industrie heeft het zwaar en dat is ook in Nederland te zien. Een peiling onder inkoopmanagers wijst op krimp in de slotmaand van 2019. Een cruciale factor voor Nederlandse exporteurs en importeurs is het handelsakkoord met het VK na de Brexit, waarover dit jaar wordt onderhandeld.
Donderdag werd bekend dat de zogenoemde NEVI-index, een peiling onder inkoopmanagers van de industrie, in december is uitgekomen op 48,3 punten, de laagste waarde zien sinds april 2013.
Bij deze index wijst een waarde van boven de 50 op groei en een waarde onder de 50 op krimp.
“De productie daalde in de grootste mate sinds mei 2009. De nieuwe orders lieten de grootste afname zien in meer dan zeven jaar. De hoeveelheid onvoltooid of nog niet uitgevoerd werk nam in de grootste mate af sinds augustus”, laat het NEVI-instituut weten in een persverklaring.
Toch zijn Nederlandse inkoopmanagers, ondanks de negatieve ontwikkelingen, per saldo positief over de toekomst. Volgens Bart Vos, een expert op het gebied van supply management van de Universiteit van Maastricht, is er nog geen om alarm te slaan, ook omdat Nederland het relatief gezien niet zo slecht doet.
Nederlandse exporteurs hebben last van dip Duitse industrie
Het indexcijfer voor de bedrijvigheid in de industrie van de eurozone is in december uitgekomen op 46,3 punten, meldt marktonderzoeker Markit. De Nederlandse NEVI-index zit naar ruim boven.
Grootste zorgenkind is de Duitse industrie. Daar kwam het indexcijfer voor inkoopmanagers in december uit op 43,7 punten, wat duidt op een forse krimp.
Nederlandse inkoopmanagers uit de industrie noemen de zwakke vraag uit met name Duitsland ook als verklaring voor de verdere daling in nieuwe exportorders. Dat is niet verwonderlijk, aangezien Duitsland veruit de belangrijkste exportpartner van Nederland is.
Lichtpuntjes voor dit jaar zijn wellicht de voorzichtige toenadering tussen de VS en China, die deze maand een stap zetten om de handelsoorlog te beperken. Verder komt er meer duidelijkheid over de Brexit.
Als de formele Brexit op 31 januari aanstaande wordt bezegeld, volgt een transitieperiode van elf maanden waarin de EU en de Britten onderhandelen over een handelsakkoord.
Expert Vos van de Universiteit van Maastricht zegt hierover: "De exacte invulling van de Brexit blijft nog onzeker, waarbij het voor Nederland vooral te hopen valt dat er een goed handelsverdrag komt. Het Verenigd Koninkrijk is immers nog steeds een van onze grootste handelspartners."
De grote vraag is of er eind dit jaar al duidelijkheid zal zijn over een handelsakkoord met het VK. De periode van elf maanden lijkt erg kort om alle relevante dossiers te behandelen.
Volgens Phil Hogan, de Ierse EU-commissaris voor de Brexit, is de kans vrij groot dat de Britse premier Boris Johnson een verlenging van de transitieperiode zal accepteren.