- De Nederlandse economie kan dit jaar nog steeds in een recessie belanden.
- Het Centraal Planbureau gaat in zijn basisscenario niet van een recessie uit, maar waarschuwt dat de nog altijd hoge inflatie en de gestegen rente wel risico’s vormen.
- In het eerste kwartaal van dit jaar kromp de economie vergeleken met het voorgaande kwartaal.
- Lees ook: Consument negatiever over economie, koopbereidheid verbetert wel licht
De Nederlandse economie kan nog steeds in een recessie belanden. Daarvoor waarschuwt het Centraal Planbureau (CPB) in zijn jaarlijkse rapport over de financiële stabiliteit. De belangrijke adviseur van het kabinet stelt dat ons financiële stelsel de coronacrisis en de energieprijsschok als gevolg van de oorlog in Oekraïne goed heeft doorstaan, maar er zijn nog steeds veel onzekerheden op economisch vlak.
Een van de zaken waar het CPB op wijst, betreft de flink gestegen prijzen voor huishoudens en bedrijven. De Europese Centrale Bank (ECB) is momenteel bezig de rentes op te voeren om die hoge inflatie te beteugelen. Maar dat is niet zonder gevaren.
“Onvoldoende ingrijpen kan de inflatie verder opdrijven, maar te hard ingrijpen kent echter ook risico’s. Hogere rentes kunnen bijvoorbeeld een sterke daling in kredietverlening op gang brengen” en “daardoor het recessierisico verhogen”, geeft het planbureau aan.
Ook liet de wereldhandel begin dit jaar een dip zien. De laatste economische raming van het CPB dateert van maart. Toen ging het instituut voor dit jaar en volgend jaar uit van respectievelijk 1,6 en 1,4 procent groei van de Nederlandse economie. Toch wordt er ook rekening gehouden met een somberder scenario.
Nederlandse economie kromp in eerste kwartaal
Het CPB wijst onder meer op de cijfers over de economische groei over het eerste kwartaal. De Nederlandse economie heeft in de eerste drie maanden van 2023 een stap terug gedaan, vergeleken met het slot van afgelopen jaar. Dit komt voornamelijk door een daling van de export. Verder is de consumptie van huishoudens weggevallen als groeimotor.
De economie is in het eerste kwartaal van dit jaar per saldo met 0,7 procent gekrompen ten opzichte van het vierde kwartaal van vorig jaar, zo bleek afgelopen week uit een eerste raming die het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) heeft gepubliceerd.
Vergeleken met hetzelfde kwartaal een jaar eerder is overigens nog wel sprake van een plus van 1,9 procent in het eerste kwartaal van 2023.
In technische zin is sprake van een recessie als er in twee opeenvolgende kwartalen sprake is van economische krimp.
Daling huizenprijzen geen groot probleem
CPB-directeur Pieter Hasekamp merkt op dat de financiële sector in Nederland wel in staat lijkt om schokken op te vangen in tijden van economische onzekerheid. "Het gevaar van een bankencrisis in Nederland lijkt beperkt en ook de financiële risico’s vanuit de woningmarkt zijn beheersbaar."
Het planbureau maakt zich dus niet echt zorgen om de dalende huizenprijzen. Dat komt doordat huishoudens er beter voor staan: hun woonlasten en schulden zijn niet meer zo hoog als een aantal jaar terug en ze hebben meer geld achter de hand voor als het tegenzit.
Wel wijst het CPB erop dat starters op de woningmarkt, jongeren en huiseigenaren met weinig vermogen nog steeds kwetsbaar zijn. Hun financiële positie is namelijk minder sterk verbeterd dan die van de gemiddelde woningbezitter.
Strengere eisen voor financiële buffers banken
De Nederlandsche Bank (DNB) gaat wel de buffereis voor banken in Nederland verder verhogen zodat ze weerbaarder worden en makkelijker schokken kunnen opvangen als het tegenzit. Ook pleit de centrale bank voor betere internationale regelgeving.
"De problemen bij regionale banken in de Verenigde Staten en bij het Zwitserse Credit Suisse onderstrepen het belang van goed risicobeheer en toezicht", laat DNB-president Klaas Knot weten bij de publicatie van het nieuwe Overzicht Financiële Stabiliteit van DNB.
Hij vindt dat internationaal uitgezocht moet worden of bepaalde regels niet strenger zouden moeten zijn. In de huidige gedigitaliseerde wereld kunnen mensen hun spaargeld immers razendsnel weghalen bij een bank in problemen, met als risico dat die problemen dan nog groter worden.
In het rapport stelt DNB dat banken in Nederland nu goed bestand ogen tegen schokken. Uit een stresstest is naar voren gekomen dat de grootste Nederlandse banken ook in een scenario met ferme economische tegenwind en een grote financiële schok niet in heel grote problemen komen. Verzekeraars en pensioenfondsen staan er volgens DNB eveneens goed voor.
"Niettemin vragen de historisch snelle omslag in financieringscondities en de aanhoudend hoge inflatie om alertheid", merkt de centrale bank ook op. Vandaar dat de zogeheten contra-cyclische kapitaalbuffer per eind mei volgend jaar naar 2 procent gaat. Eerder bouwde DNB die eis voor banken al op tot 1 procent. Het betekent dat de banken meer geld achter de hand moeten houden.