In het tweede kwartaal van dit jaar groeide de economie met 3, 1 procent vergeleken met de eerste drie maanden van het jaar.
Door het groeiherstel is de Nederlandse economie bijna terug op het niveau van voor de coronacrisis.
Hogere uitgaven van consumenten waren in het tweede kwartaal de belangrijkste aanjager van de groei.
De Nederlandse economie is bezig aan een stevig herstel. In het tweede kwartaal van dit jaar groeide de economie met 3, 1 procent vergeleken met de eerste drie maanden van het jaar. Vergeleken met het rampzalige tweede kwartaal van 2020 was sprake met een groei van bijna 10 procent.
Dat meldde het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) dinsdag, op basis van de eerste raming voor de groei in het tweede kwartaal van dit jaar.
De groei op kwartaalbasis van 3,1 procent was hoger dan door persbureau Bloomberg gepeilde economen in doorsnee hadden geraamd. De gemiddelde verwachting lag op een groei met 1,5 procent.
Door het groeiherstel is de Nederlandse economie bijna terug op het niveau van voor de coronacrisis, die in februari 2020 uitbrak.
Belangrijkste motor achter het economische herstel in het tweede kwartaal waren de bestedingen van huishoudens, die in met 5,7 procent toenamen, vergeleken met het eerste kwartaal. Ook de overheidsbestedingen en de export groeiden. Alleen de bedrijfsinvesteringen bleven nog achter op kwartaalbasis.
Door de openstelling van winkels en de horeca in de loop van het tweede kwartaal gaven consumenten meer uit. Vooral de bestedingen aan horeca, medische diensten, kleding en auto's namen toe.
Groei export in juni zeer fors
Het CBS meldde dinsdag ook dat de Nederlandse export in de maand juni, dus aan het slot van het tweede kwartaal, met liefst 12,3 procent is gegroeid ten opzichte van een jaar eerder. Er werden vooral meer machines, chemische producten, metaal en transportmiddelen verhandeld met het buitenland. Ook de import groeide op jaarbasis en wel met 8,1 procent.
Het CBS meldde verder dat de omstandigheden voor de export in augustus minder gunstig zijn dan in juni. In die exportradar neemt het statistiekbureau onder meer de ontwikkelingen in de belangrijkste afzetmarkten en de ontwikkeling van de concurrentiepositie mee.
De daling ten opzichte van juni komt geheel op rekening van de Duitse industriële productie, die veel minder hard groeide. Alle andere punten waar het CBS naar kijkt verbeterden juist.