Rijkman Groenink gooit de handdoek in de ring. Het bod van Barclays is
gewoonweg te laag. De Schotse, Belgische en Spaanse samenzweerders winnen.
ABN Amro wordt aan stukken gescheurd. Weg Hollands Glorie. Financieel
Nederland huilt oranje tranen. ABN verloren, rampspoed geboren.

Met het verdriet komt de paniek. Wat blijft er over na de uitverkoop van de
grootste bank van het land? Kan een economie eigenlijk wel overleven zonder
eigen banken?

Gepiep om niets. Het antwoord op de laatste vraag is een volmondig
‘ja’. Een economie kan prima groeien zonder eigen banksector. Het bewijs
wordt dagelijks geleverd in Midden- en Oost-Europa. Zo is vrijwel de gehele
financieel sector van Estland in handen van het buitenland. Vooral
Scandinavische banken hebben daar na de instorting van de Sovjet Unie flink
ingekocht. Volgens berekeningen van de ECB is slechts één procent van de
totale bancaire activa van het Baltische staatje nog in binnenlandse handen
(zie tabel).

De Estse economie groeit er niets minder door. Integendeel, de massale
aanwezigheid van buitenland kapitaal heeft het land veel opgeleverd.

Ook andere voormalig communistische landen hebben de sleutel van hun bankkluis
zonder morren aan het buitenland overhandigd. In Tsjechië, bijvoorbeeld, is
nog maar 4 procent van het bankvermogen in binnenlandse handen.

Dat soort percentages komen in de oude EU niet voor. Maar opvallend is
wel dat in de twee meest succesvolle economieën, Ierland en Finland, de
banken voor een relatief klein deel in binnenlandse handen zijn. De Ieren
hebben slechts 70 procent van het bankvermogen in eigen handen, de Finnen
zelfs maar 39 procent.

In Nederland is volgens de ECB-cijfers 90 procent van het bankvermogen in
binnenlands eigendom. Daarmee hoort de banksector van ons land tot de minst
internationale van Europa. Wat meer buitenlandse aanwezigheid op de
Nederlandse markt zou daarom wel eens gezond kunnen zijn. Het zorgt voor
nieuwe kennis en impulsen. Het bancaire sfeertje van ons-kent-ons wordt eens
lekker opgeschud.

Hoeveel van de Nederlandse bancaire activa komt met de overname van ABN Amro
in buitenlandse handen? Daar valt wel een schatting van te maken. De activa
van ABN Amro bedragen zo’n 990 miljard euro. Maar een flink deel daarvan
bevindt zich niet in Nederland. De ‘business unit Nederland’ van de bank
heeft een totaal vermogen van 170 miljard euro. Dat is het bedrag dat na de
overname van Nederlandse in buitenlandse handen gaat. Volgens de
Nederlandsche Bank bedragen de totale activa van alle Nederlandse
kredietinstellingen ruim 2.200 miljard euro. Uit die cijfers valt af te
leiden dat het percentage van het Nederlandse bankvermogen dat in
binnenlandse handen is, na de overname zal dalen van 90 procent naar
ongeveer 82 procent.

Dat is niets om je voor te schamen. In Groot-Brittannië – de
belangrijkste financiële markt van Europa - ligt dat percentage nog lager.
Wie klaagt dat Nederland na de uitverkoop van ABN Amro de boot zal missen,
vindt dus eigenlijk dat de ‘zuidas’ van Amsterdam geen voorbeeld mag nemen
aan de Londense City.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl