Geld overmaken naar het buitenland, dat zou met de digitale infrastructuur toch niet zo kostenintensief moeten zijn. Zou je zeggen.

Vanuit Nederland gaan er dagelijks zo’n tienduizenden zakelijke geldtransacties naar buitenlandse bankrekeningen. Die bedragen kunnen flink oplopen. Vooral als het gaat om exporterende en importerende bedrijven, waarvan er veel zijn in Nederland.

Als een exporterende ondernemer 50.000 euro naar het buitenland overmaakt, kost dat bij ING, ABN Amro en SNS minstens 45 euro. Dat is vrij duur als je het vergelijkt met het tarief dat nieuwkomer de Nederlandsche Betaal & Wisselmaatschappij (NBWM) sinds begin deze week hanteert: 5 euro per buitenlandse transactie.

Met de nieuwe prijs is NBWM ongeveer 90 procent goedkoper dan de grootbanken ING, ABN Amro en SNS. En minstens twee keer zo goedkoop als Rabobank. Het maakt nog wel uit of de transactie een spoedje is.

NBWM publiceerde een vergelijkingstabel, die inderdaad blijkt te kloppen met de gegevens op de websites van de andere banken.

Kostenvergelijking Internationaal Betalen

 

Waarom is het zoveel duurder bij ING en ABN Amro?

"Internationale overboekingen worden hoofdzakelijk gedaan door grotere zakelijke klanten, die gebruikmaken van een totaalpakket aan diensten op het vlak betaalverkeer, cash management, valutaconversie, kredietverlening, et cetera," laat ABN-persvoorlichter Ariën Bikker per mail weten aan Business Insider. "Het is daarom lastig om op één onderdeel de vergelijking te maken met een nichespeler voor wie dat de (enige) dienst is."

Eva Hersbach, woordvoerder van ING, zegt min of meer hetzelfde: "De transactiekosten zijn slechts één component van de kosten voor de klant van een internationale betaling. Andere componenten zijn bijvoorbeeld de gehanteerde wisselkoers bij een valutaconversie."

Ook vindt Hersbach de vergelijking van 50.000 euro niet pluis. "De vergelijking gaat uit van het maximumbedrag dat ING rekent voor een internationale betaling (50 euro). Uit onze ervaring blijkt dat de meeste internationale betalingen transacties van minder dan 6000 euro zijn. En dan zijn de transactiekosten fors lager, namelijk 0,1 procent van het transactiebedrag met een minimum van 6 euro per transactie."

Voordeel niet naar de klant

De lezing van nichespeler en concurrent NWBM is iets anders. "Met de komst van digitalisering zijn alle nationale betaalsystemen aan elkaar gekoppeld”, aldus Pieter-Jan Datema, directeur en oprichter van NBWM. “Je voert zelf al alle gegevens voor de betaling in, de bank hoeft het in feite alleen te accepteren. Er zit geen handje meer tussen. Dat kostenvoordeel is alleen nooit aan de klant doorgegeven, de banken houden het zelf. Het is lekker makkelijk verdienen."

NBWM begon in 2014 voor klanten valuta te wisselen (valutaconversie). De startup sprak daar in voorgaande jaren al veel over met de pers en meent dat ook die dienst veel goedkoper is bij NBWM. Het overmaken naar een buitenlandse rekening is daar nu als tweede dienst bijgekomen. Ook kunnen klanten volgens Datema een bankrekening openen bij NBWM.

"We hoorden van veel Nederlandse bedrijven dat zij voor geldtransacties naar andere landen tegen hoge partijkosten aanliepen bij de grootbanken", aldus Datema, die eerder co-CEO was bij Saxo Bank Nederland. "We dachten: dat kunnen wij ook, maar dan goedkoper en transparanter. We hebben gebouwd aan een infrastructuur. En nu is het dus gelukt."

Iedereen hetzelfde tarief

Het prijsverschil komt inderdaad tot stand doordat de drie grootbanken een percentage van het bedrag rekenen terwijl de nieuwe prijsvechter een vast bedrag rekent.

Dat betekent dus: hoe hoger het bedrag, hoe groter het prijsverschil. En andersom ook, als het bedrag kleiner wordt. Datema: “Iedereen betaalt bij ons hetzelfde bedrag. Of je nu honderd euro of een miljoen overmaakt. Ook hoeveel transacties je doet, heeft geen invloed op de prijs.”

LEES OOK: Kredietcheck-startup Eccentrade wil met big data KvK en Graydon verslaan