De coördinator van het Landelijk Consortium Hulpmiddelen vond de mondkapjesdeal die Sywert van Lienden sloot met het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport niet nodig.
Tegen NPO Radio 1 zegt Rob van der Kolk dat het ministerie desondanks meer zekerheid wilde.
Volgens Van der Kolk loog Van Lienden over een geheimhoudingsverklaring.
Coördinator van het Landelijk Consortium Hulpmiddelen (LCH) Rob van der Kolk vond de mondkapjesdeal die Sywert van Lienden sloot met het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) niet eens nodig.
De directeur van het AMC Amsterdam zei op NPO Radio 1 bij het programma Oog op Morgen dat het LCH al voldoende materialen had geregeld.
De afspraak tussen Van Lienden en het ministerie kwam rond toen Van der Kolk en zijn team al twintig dagen bezig waren. “Wij hadden alles al geregeld en toen maakte hij die afspraak nog met het ministerie. Wat ons betreft was het niet nodig, maar VWS wilde meer zekerheid en dus meer mondkapjes.”
Van Lienden en zijn compagnons liggen onder vuur vanwege de deal, die hen 20 miljoen euro opleverde. Van der Kolk zegt dat VWS onder druk kwam te staan door de aanhoudende kritiek van onder meer Van Lienden in de media. “Dat heeft zeker meegespeeld.”
Zondag zat Van Lienden bij Buitenhof om zijn verhaal te doen. Daar zei hij dat "sommige mensen hun straatje aan het schoonvegen zijn".
Van der Kolk zegt dat hij zich niet aangesproken voelt. "Wij zaten daar niet namens de zorg, wij waren de zorg. En we hebben heel goed werk verricht met een mandaat van VWS. Het eerste weekend dat we bezig waren hadden we al mondkapjes geregeld en die werden een paar weken later al gedragen in Nederland, dat is toch goed."
Lees ook: Sywert van Lienden wil ‘zijn’ €9 miljoen aan goed doel besteden, maar denkt niet aan teruggeven aan de Nederlandse belastingbetaler
De coördinator zegt dat het hem echter wel raakt als hij wordt beschuldigd "door iemand die het slecht doet, terwijl wij goed werk leveren".
Volgens de ziekenhuisbestuurder loog Van Lienden ook tegen hem, toen ze nog in hetzelfde pand werkten en mogelijk zouden samenwerken. "Hij zei dat hij een geheimhoudingsverklaring had getekend, maar dat was niet zo. Kort daarna werden ze uit het gebouw gezet en was de samenwerking voorbij. Sommige mensen deugen, maar niet iedereen", besloot Van der Kolk.