- Kleding- en woonwinkels pleiten voor een verlaging van de WW-premie nu hun inkomsten onder druk staan en er toch nauwelijks werkloosheid is.
- Een verlaging van werkgeverspremies is op zijn plaats omdat de loonkosten volgens branchevereniging INretail met 25 procent zijn gestegen.
- INretail zegt dat ondernemers de hogere kosten nauwelijks hebben doorberekend naar de consument omdat ze vrezen klanten te verliezen.
- Lees ook: Grote verschillen in consumentenuitgaven tussen provincies: meer boodschappen in Friesland, vaker uit eten in de Randstad
De inkomsten in de mode- woon-, schoenen- en sportbranche staan onder grote druk en ondernemers verwachten een nog moeilijker derde en vierde kwartaal. De werkgeverslasten moeten dan ook omlaag, vindt INretail. De branchevereniging ziet een oplossing in een lagere WW-premie. Dat levert ondernemers lastenverlichting op.
Volgens INretail is de WW-pot met ruim 25 miljard euro “al tot de nok gevuld” en daar komen jaarlijks miljarden bij. Dit jaar 9 miljard extra. De lage werkloosheid maakt dat niet nodig. “Al die miljarden zet de overheid boekhoudkundig in om Europa te tonen dat het huishoudboekje klopt. Eigenlijk gebeurt dat dus over de rug van ondernemers”, zegt INretail-directeur Jan Meerman.
Door kabinetsingrepen zijn de loonkosten volgens Meerman eind dit jaar 25 procent hoger dan twee jaar geleden. “Het levert de overheid dus een kwart meer sociale premieopbrengsten op, maar ondernemers moeten ervoor bloeden. Stop daarmee, verlaag de werkgeverslasten door de WW-premie te verlagen en verruim de werkkostenregeling”, aldus Meerman die waarschuwt dat het businessmodel van de sector volkomen uitgehold wordt.
‘Hogere kosten niet doorberekend naar klant’
Volgens INretail heeft vrijwel geen ondernemer de hogere kosten doorberekend uit vrees voor klantenverlies. De grootste groep nam het voor eigen rekening en maar een beperkt deel berekent de hogere kosten alsnog door in een volgend seizoen.
Steeds meer retailers worden daardoor "naar de rand geduwd". 70 procent van de ondernemers geeft aan bezorgd te zijn over het voortbestaan van de onderneming. In deze groep denkt 60 procent vaker aan stoppen en 14 procent is hier al actief mee bezig, meldt INretail op basis van eigen onderzoek.
Het onderzoek dat de brancheorganisatie liet doen en waaraan 420 retailers meededen volgt op de conjunctuurenquête die statistiekbureau CBS op 5 juni publiceerde. Daarin werd geconcludeerd dat 75 procent van de ondernemers kosten niet (volledig) heeft doorberekend. Voor de sector die INretail vertegenwoordigt, de non-foodsector, is de situatie nog ernstiger.
Ruim de helft van de deelnemers geeft aan dat hun financiële situatie is verslechterd vergeleken met 2022. "Van iedere tien ondernemers kan er één de rekeningen nu niet betalen en een kwart lukt dat nu nog wel, maar verwacht de financiële problemen juist komende maanden", aldus Meerman.
"Van de 43 procent ondernemers die belastingschulden of NOW-uitkeringen moeten terugbetalen, heeft 52 procent uitstel aangevraagd. Dat is een grote groep", waarschuwt INretail.