Aandelen en obligaties gaan dit jaar vooralsnog redelijk gelijk op. Toch liggen de kansen voor beleggers voorlopig meer bij aandelen dan bij vastrentende waarden, verwacht Michael Nabarro.

De afgelopen twee jaar hebben aandelen in de VS en Europa een beter rendement opgeleverd dan de 10-jaars obligaties in zowel de VS als Duitsland. We zagen in 2012 de 10-jaarsrentes in sterke, westerse landen uitbodemen op nieuwe laagte records. Tegelijkertijd liepen de aandelenmarkten verder op. Echter, de laatste maanden houden beide beleggingscategorieën elkaar redelijk in evenwicht.

Aandelen vlak, rente blijft laag

Zoals breed uitgemeten in de media, is de onderliggende economische bedrijvigheid in de afgelopen maanden belemmerd door ongewoon winterse omstandigheden in bepaalde delen van de wereld, financiële hervormingen in China en Japan en door de politieke spanningen met Rusland. Dit zorgt er vooralsnog voor dat de westerse toonaangevende aandelenindices per saldo niet veel bewegen en de rente laag blijft.

De lage rente is een teken dat obligatiebeleggers ongeduldig worden en zich zorgen maken over de groeiniveaus in 2014 en 2015. Hoe langer de markt moet wachten op bewijs dat de wereldeconomie de weg naar verbetering blijvend ingeslagen is, hoe groter de kans is dat de obligatierendementen gedrukt zullen blijven.

Toch verwacht ik dat het groeitempo van het wereldwijde economische groei, na de moeizame winter, zal versnellen en dat de rente in de komende kwartalen tot boven het langjarig gemiddelde zal stijgen. Rond de zomer zou de lange rente, onder invloed van verbeterde wereldwijde omstandigheden, moeten oplopen. Veilige, westerse staatsobligaties worden de laatste tijd ondersteund door aanhoudende spanningen in Oekraïne. Als de crisisstemming vermindert kan dit echter veranderen. Ik verwacht ook dat dit een positieve invloed op de aandelenmarkten zal hebben.

Relatieve analyse

Binnen de technische analyse springt relatieve analyse eruit als het gaat om keuzes maken. Relatieve analyse (RS) moet niet verward worden met de in de technische analyse veel gebruikte RSI (relative strength index).

In tegenstelling tot de klassieke technische analyse, waarbij het koersverloop van een enkele onderliggende waarde wordt bestudeerd, wordt bij een relatieve sterkte-analyse gekeken naar het verloop van twee onderliggende waardes ten opzichte van elkaar. Zo kun je de prijsontwikkeling van obligaties ten opzichte van aandelen of grondstoffen weergeven (asset allocatie). Maar ga daarbij geen appels met peren vergelijken, zoals de koers van sojabonen tegen het aandeel AEGON. Zo kun je bijvoorbeeld verschillende regio’s, sectoren of aandelen tegenover elkaar zetten.

Als we twee onderliggende waarden delen door elkaar ontstaat er een zogenaamde RS-lijn. Deze RS-lijn laat zich vervolgens analyseren als een normale koersgrafiek. De technieken die de technische analyse gebruikt, worden op deze RS-lijn losgelaten.

De interpretatie van deze RS-grafiek is in de basis eenvoudig. Zolang de RS-lijn een stijgend verloop laat zien doet waarde 1 het beter dan waarde 2. In dat geval en moeten we in onze portefeuille dus een voorkeur hebben voor waarde 1 (overwegen) en waarde 2 onderwegen. Wanneer de RS-lijn een dalend verloop laat zien geldt uiteraard het omgekeerde. Wanneer de RS-lijn een vlak verloop laat zien dan presteren waarde 1 en 2 gelijk.

Wat belangrijk is en beleggers niet moeten vergeten: als de relatieve lijn stijgt betekent het niet automatisch dat dan ook de onderliggende waarde in absolute zin stijgt! Het kan zo zijn dat waarde 1 minder hard daalt dan waarde 2, waardoor de RS stijgt maar waarde 1 in absolute zin daalt.

Assetallocatie bepaalt grootste gedeelte van rendement

Belangrijke vraag is nu: wat moet je als belegger met de keuze tussen aandelen en obligaties? De zogenoemde assetallocatie bepaalt de verdeling binnen een beleggingsportefeuille over verschillende beleggingscategorieën, zoals: aandelen, obligaties, vastgoed, grondstoffen en liquide middelen. En die verdeling verdient grote aandacht.

Hoewel de onderzoeken niet eenduidig zijn, is iedereen het erover eens dat de verdeling van het vermogen grote invloed heeft op het uiteindelijke rendement. De schattingen variëren tussen de 50 en 80 procent.

Gelet op  het belang van deze keuze sta ik in deze bijdrage stil bij 10-jarige staatsobligaties en aandelen in de VS en Europa. De aandelen in Europa zet ik af tegen de 10-jaarsobligaties uit Duitsland (veilige haven). Dit doe ik vanuit het oogpunt van een technische analist.

Naast de gebruikelijke grafieken maak ik ook gebruik van relatieve analyse. Zie voor de uitleg: het kader 'Relatieve Analyse' rechts. Bent u daarmee niet afgehaakt? Gelukkig! Ik ga hieronder twee actuele voorbeelden behandelen.

Aandelen Europa: Stoxx 600

Hieronder zien je de 5-jarige weekgrafiek van de Europese Stoxx 600 index, die na de kredietcrisis van 2008 begint.

(klik op grafiek voor uitvergroting)

stoxx600 europa

Wat opvalt is dat deze index sinds de crisis aan het stijgen is. Gedurende 2011 speelde de schuldenproblematiek in Zuid-Europa, wat zorgde voor een flinke koersval.

Echter, na het ingrijpen van de Europese Centrale Bank (ECB) zijn de zorgen naar de achtergrond verdwenen en loopt deze index langzaam maar zeker verder op. Maar, sinds het begin van het jaar hapert de opmars

Vanuit technische optiek zien we dat deze index wel steeds hogere bodems weet te plaatsen maar ook gelijke toppen rond de 340 punten noteert. Hierdoor ontstaat een soort van driehoekspatroon. Uiteindelijk moet de index dus een keuze maken.

Als trendvolger verwacht ik een uitbraak aan de bovenkant en dat deze index richting de 350-375 zone zal oplopen. Indien de koers toch terugvalt onder de 320-325 zone, zal er een ander scenario gemaakt moeten worden.

Stoxx600 vs Duitse 10-jarige staatsobligatie

Deze grafiek laat het relatieve rendement zien (zie kader) van de Stoxx600 ten opzichte van de 10-jarige Duitse staatsobligatie.

(klik op grafiek voor uitvergroting)

rs stoxx bund

Ook hier zien we in 2011 duidelijk een vlucht uit aandelen in (veilige) obligaties. Wel zien we sinds 2012 de aandelenkoersen harder oplopen dan de obligatiekoersen. Deze relatieve opmars hapert de laatste vier maanden. Zowel de aandelen als de veilige obligatie houden nagenoeg een gelijke koers-tred aan.

Ook deze grafiek laat een driehoekspatroon zien en zal er een keus gemaakt moeten worden: of verder omhoog of in eerste instantie een verder zijwaarts verloop. Indien de relatieve grafiek onder de groene steunlijn komt lijken obligaties toch (relatief gezien) de betere belegging te worden. Dit kan dus ook gebeuren als de aandelen harder dalen.

Mijn verwachting is dat we nog even zijwaarts kunnen gaan, maar dat het een tijdelijke consolidatie is en uiteindelijk de opwaartse trend wordt hervat.

Kortom, vooralsnog lijken aandelen op de langere termijn in Europa ten opzichte van 10 jarige staatsobligaties de betere perspectieven te hebben, maar een uitbraak boven de rode lijn zal vanuit technisch perspectief bevestiging bieden.

Amerikaanse aandelen: S&P 500

De prestatie van de Amerikaanse S&P 500-Index is indrukwekkend. Er is een sterke opwaartse trend waarneembaar en deze index bereikte in april dit jaar nieuwe recordstanden.

(klik op grafiek voor uitvergroting)

s&P

De verschillen over de afgelopen vijf jaar met Europa zijn duidelijk; niet alleen de prestatie is beter, maar er zijn dit jaar ook nauwelijks significante correcties waarneembaar. Maar ook hier hapert de opmars. Per saldo doet de index in 2014 niet veel. De index stabiliseert wat tussen de grofweg 1800 en 1900 punten.

Mocht de index boven de 1900 punten komen dan lijkt er meer opwaarts potentieel in te zitten. Alleen gezien de forse stijging van de afgelopen vijf jaar lijkt het opwaarts potentieel wel beperkt tot de grofweg 1960-2000 punten

Zolang de index boven de 1800 noteert, lijkt er voor de stieren geen vuiltje aan de lucht. Indien de index onder dit niveau zakt, vergroten de kansen op een correctie en is het tijd om opnieuw te evalueren.

Kort gezegd, mocht de markt opwaarts versnellen, dan is het wel verstandig om er rekening mee te houden dat er uiteindelijk een stevigere correctieve fase verwacht mag worden. Kortom, niet tegen de huidige trend in handelen, maar vergeet niet af en toe de gemaakte winsten af te romen.

S&P 500 versus 10-jarige Amerikaanse staatsobligatie

Deze grafiek laat het relatieve rendement zien van de S&P 500 ten opzichte van de 10 jarige Amerikaanse staatsobligatie. Hieruit blijkt dat de afgelopen 5 jaar, aandelen in de VS een beter koersrendement behalen.

(klik op grafiek voor uitvergroting)

relatief vs

Vooral vanaf begin 2013 zien we een opwaartse versnelling. Dit was natuurlijk mede te danken aan de sterk oplopende aandelenkoersen. Vanuit technische optiek is de trend nog steeds opwaarts maar heeft hij de laatste tijd ook moeite om verder op te lopen. Ook hier, zoals in Europa, zijn de verschillen de afgelopen tijd klein. Ook hier lijkt een consolidatie op de loer te liggen.

Onder de groene lijn lijkt een stevigere correctie waarschijnlijker, boven de rode lijn wordt de opwaartse trend bevestigd.

Voorkeur voor aandelen

Ik blijf gezien het bovenstaande een voorkeur houden voor aandelen boven obligaties. Daarnaast denk ik dat in Europa de kansen voor aandelenbeleggers groter zijn. Vanuit het technisch oogpunt gezien lijkt het potentieel in de VS beperkter. Tevens is het in mijn optiek waarschijnlijker dat men eerder in de VS de rente zal verhogen dan in Europa. Het gaat daar immers een stuk beter.

Hoewel aandelen al een geruime tijd een beter koersrendement laten zien dan obligaties, denk ik dat deze trend zich voorzet zolang de opgaande trends intact zijn. Op de korte termijn is een adempauze niet gek maar voor de langere termijn lijkt het volgen van de trend het meest verstandig, totdat deze wijzigt. Indien dat plaatsvindt, hoort u weer van mij.

Michael Nabarro is Investment Manager, Private Trading bij ABN Amro MeesPierson Private Banking . Michael’s financiële carrière begon in 1989 en sindsdien is hij actief betrokken bij het adviseren van particuliere en professionele relaties, voornamelijk partijen met een actieve beleggingsstijl. Zijn columns zijn niet bedoeld als individueel advies tot het doen van beleggingen. Voor meer informatie zie: Technische Analyse bij ABN Amro.

Lees ook

'Nieuwe zeepbel aandelen in de maak, maar hij knapt pas in 2016'

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl