- Sinds 1 januari 2001 geldt dat huiseigenaren de hypotheekrente voor maximaal 30 jaar mogen aftrekken.
- Vanaf 2031 gaat deze beperking sowieso een rol spelen voor een deel van de huiseigenaren.
- Hoewel er nog 10 jaar te gaan is, kunnen geldverstrekkers hier nu al rekening mee houden bij het bepalen van de maximale hypotheek.
Wie een hypotheek heeft die geleidelijk wordt afgelost of vóór 2013 een eigenwoninglening heeft afgesloten, heeft 30 jaar recht op hypotheekrenteaftrek. Het einde ervan kan echter nu al invloed hebben op je maximale leenruimte.
De hypotheekrenteaftrek betekent dat je de betaalde rente voor een eigenwoningschuld kunt aftrekken van je inkomen in box 1. Sinds 2013 komen alleen hypotheken voor aftrek in aanmerking waarbij je direct begint met aflossen tijdens de looptijd. Dat zijn lineaire en annuïtaire hypotheken.
Voor huiseigenaren die vóór 2013 een hypotheek hadden afgesloten die niet geleidelijk wordt afgelost, zoals een aflossingsvrije hypotheek, geldt een overgangsregeling. Daarmee blijft het recht op hypotheekrenteaftrek behouden voor (een deel) van de lening.
Huiseigenaren mogen de hypotheekrente maximaal 30 jaar aftrekken. Die periode geldt sinds 1 januari 2001. Wie gedurende de looptijd niet heeft afgelost en dat aan het einde ook niet doet, kan na 30 jaar te maken krijgen met fors hogere maandlasten.
Einde hypotheekrenteaftrek binnen 10 jaar in zicht?
Het einde van de hypotheekrenteaftrek na een looptijd van 30 jaar kan al veel eerder een impact hebben, schrijft financieel intermediair Van Bruggen Adviesgroep in zijn nieuwsbrief van deze week.
Dit is het geval als je een extra hypotheek wilt afsluiten, bijvoorbeeld voor de aankoop van een duurdere woning. Vanaf 1 juli dit jaar wordt bij NHG-hypotheken rekening gehouden met het einde van de hypotheekrenteaftrek op een oudere lening, als die binnen een periode van 10 jaar plaatsvindt.
Hypotheken tot 325.000 euro (2021) komen in aanmerking voor de NHG (Nationale Hypotheek Garantie). Voor een eenmalige premie ben je onder voorwaarden verzekerd tegen een eventuele restschuld. Kun je bijvoorbeeld door ziekte, overlijden of werkloosheid de hypotheeklasten niet meer betalen, dan wordt een eventuele restschuld betaald uit de NHG-pot als het tot verkoop van de woning komt.
Van Bruggen Adviesgroep constateert dat ook steeds meer geldverstrekkers rekening houden met het einde van de hypotheekrenteaftrek bij leningen zonder NHG. De maximale hypotheek kan hierdoor lager uitvallen.
Bereik je als huiseigenaar binnen tien jaar de pensioengerechtigde leeftijd, dan houden geldverstrekkers ook rekening met een lager pensioeninkomen bij het bepalen van de maximale hypotheek. In dat geval is er dus sprake van een dubbel drukkend effect op het maximaal te lenen bedrag.
Tussentijdse wijziging hypotheek
Als de fiscale aftrek voor (een deel van) de hypotheek afloopt na 30 jaar, dan gaan de nettolasten omhoog. Je mist dan een aftrekvoordeel van 37,05 procent.
Als huiseigenaar is het wellicht lastig om te overzien welke gevolgen het einde van de hypotheekrenteaftrek kan hebben op je portemonnee. Vooral als je een paar keer verhuist, je relatie verandert en je verschillende hypotheekconstructies hebt.
Het einde van de hypotheekrenteaftrek na 30 jaar zal volgens Van Bruggen geen probleem zijn als de hypotheek na 30 jaar is afgelost, zoals bijvoorbeeld in principe het geval is bij (bank)spaarhypotheken en annuïtaire hypotheken. Maar bij tussentijdse wijzigingen wordt het ingewikkelder.
Als je bijvoorbeeld in eerste instantie een hypotheek met een looptijd van dertig jaar kiest, na tien jaar verhuist en op dat moment de looptijd van je hypotheek aanpast en opnieuw voor dertig jaar vastzet, heb je de totale looptijd verlengd naar veertig jaar. Dan kun je dus voor de laatste tien jaar de hypotheekrenteaftrek kwijtraken.
Aflossingsvrije hypotheek: let op met renteaftrek
Op het moment dat je een aflossingsvrije hypotheek hebt en aan het eind van de looptijd een nieuwe hypotheek moet afsluiten om de oude af te lossen, kan dit serieuze invloed hebben op de maandlasten.
Van Bruggen heeft de gevolgen geschetst voor iemand met een aflossingsvrije hypotheek van 200.000 euro en een rente van 3 procent. Van de bruto maandlast blijft dankzij de 37,05 procent hypotheekrenteaftrek nog 314,50 euro netto maandlast over.
Maar na 30 jaar betaalt deze huiseigenaar het volle pond. De maandlast stijgt door het einde van de hypotheekrenteaftrek naar 500 euro.
Het is dus goed om in de gaten te houden wanneer het recht op hypotheekrenteaftrek afloopt. Zeker als dit samenvalt met het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd. Stijgende maandlasten combineren immers niet lekker met een lager pensioeninkomen.
[activecampaign form=24]