Wel een renteverlaging, maar geen maatregelen die het banken makkelijker maken om aan bedrijven te lenen. De Europese Centrale Bank kwam donderdag met meer woorden dan daden.
Niet alle 23 leden van de bestuursraad van de ECB waren het eens met de
renteverlaging van donderdag. In zijn persconferentie direct na het
rentebesluit sprak ECB-president Mario Draghi over een ‘zeer duidelijke
consensus’ in de bestuursraad. De term ‘unaniem’ gebruikte hij expliciet
niet.
Misschien dat de Duitsers tegen waren. Misschien ook onze eigen Klaas Knot. We
zullen het nooit weten, want de notulen van de ECB-vergadering zijn geheim.
NIet geheim is de reden voor de
renteverlaging naar het laagste peil (0,5 procent) in de geschiedenis
van de monetaire unie. Draghi legde uit dat de inflatie in het eurogebeid
laag is, dat de inflatieverwachtingen ‘goed verankerd’ zijn, terwijl de
economische omstandigheden in de lente van dit jaar slecht zijn gebleven.
Rentestap heeft zin
Omdat nu ook in de kernlanden van het eurogebied geraakt worden door de
economische stagnatie, heeft de renteverlaging zin, legde Draghi uit. Anders
dan in de probleemlanden in Zuid-Europa, werkt de monetaire transmissie in
de kernlanden nog goed en kan een lagere ECB-rente zich vertalen in lagere
marktrentes, voor bedrijfskredieten en particuliere leningen.
De rente ging dus omlaag. Maar verder deed Draghi donderdag vooral aan management
by speech. Wie bijvoorbeeld had gehoopt op verlaging van de
depositorente, het tarief waartegen banken kunnen sparen, kwam bedrogen uit.
En analisten die van te voren speculeerden op soepelere onderpandregels voor
banken, zodat die makkelijker leningen aan het midden- en kleinbedrijf (MKB)
bij de centrale bank konden onderbrengen, hadden het ook verkeerd. Laat
staan dat de ECB aankondigde dergelijke MKB-leningen te gaan opkopen.
Vaatjes springstof
Draghi hield zijn kruit droog. Maar hij liet wel zien waar de vaatjes
springstof liggen opgeslagen. En hoe de centrale bank er, indien nodig, de
lont in kan steken.
De ECB-president wees nadrukkelijk op de negatieve depositorente. Als de ECB
deze spaarrente nog verder verlaagt, komt het tarief onder de nul. Misschien
dat banken dan meer geld gaan uitlenen, in plaats van sparen bij de ECB.
Maar negatieve spaarrente is een monetair experiment, dat ook verkeerd kan
uitpakken.
Bijvoorbeeld als banken de kosten van geld aanhouden bij de ECB doorberekenen
in hun eigen tarieven. De rente voor burgers en bedrijven zou dan juist
omhoog kunnen gaan, zoals eerder in Denemarken gebeurde toen de centrale
bank experimenteerde met negatieve depositorente.
Toch stelde Draghi donderdag dat de ECB “technisch klaar is voor negatieve
depositorente”. Op de valutamarkt werd die mededeling uitgelegd als een
beleidswijziging, want de euro daalde direct bijna twee dollarcent in
waarde.
Misschien een wat overdreven reactie, want in februari gebruikte de
vicepresident van de ECB, Vítor Constâncio, exact
dezelfde woorden. Maar als de president het zegt heeft het blijkbaar
meer betekenis voor de markt.
Krediet voor MKB
Ook voor het Europese midden- en kleinbedrijf had Draghi vooral verbale
stimulans in de aanbieding. De ECB onderzoekt samen met de Europese
Investeringsbank of en hoe MKB-leningen kunnen worden gesecuritiseerd en
gegarandeerd, zodat de ECB ze makkelijker als onderpand voor leningen aan
het Europese bankwezen kan accepteren.
Er is nog een lange weg te gaan, zo werd duidelijk, want ook de Europese
Commissie en de toezichthouders hebben hier iets over te zeggen. Misschien
dat ooit het moment komt dat de ECB een nieuwe bazooka op de schouder kan
leggen, en de markt voor MKB-krediet onder vuur kan nemen. Maar zover is het
nog lang niet.
Behalve de rentedaling had Draghi dus vooral mooie woorden in de aanbieding.
En een nieuwe belofte. De ECB zal in elk geval tot 8 juli 2014 doorgaan met
het in 2008 gestarte ruime monetaire beleid van ‘fixed rate full allotment’.
Voldoende liquiditeit
Dat betekent dat de komende veertien maanden banken zo veel kunnen lenen bij
de ECB als ze zelf willen, tegen de historisch lage rente van een half
procent. Met deze uitspraak wil de Draghi de markt de verzekering geven dat
er altijd voldoende liquiditeit voor de banken zal zijn.
De belofte doet denken aan de telkens uitgesproken verzekering van
Fed-president Ben Bernanke dat het monetaire beleid in de VS in elk geval
tot en met 2014 zeer ruim zal zijn. Met dergelijke ‘forward guidance’
probeert Bernanke de lange rente laag te houden.
Draghi heeft die benadering over genomen in de hoop dat de lange rente in
Europa ook laag zal blijven en de economie weer op gang komt. Maar veel meer
dan dat is het niet: hoop.
Lees ook:
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl