- Nederland moet terugkeren naar een economisch beleid gericht op de lange termijn, waarbij de overheid ophoudt met generieke compensatieregelingen als er een crisis is.
- Dat stelt directeur Pieter Hasekamp van het Centraal Planbureau in de EW Economie-lezing.
- Wat betreft de krapte op de arbeidsmarkt ziet Hasekamp inzetten op arbeidsmigranten niet als een goede oplossing.
- Lees ook: Het concurrentiebeding gaat aan banden, maar je komt er ook straks niet altijd onderuit als werknemer: 7 dingen die je moet weten
De Nederlandse economie is, mede door massale overheidssteun én de veerkracht van bedrijven, redelijk goed door de coronacrisis gekomen. Maar ons land dreigt wel een ‘compensatiesamenleving’ te worden, waarbij elke crisis wordt aangepakt om massaal met overheidsgeld te strooien, ook voor mensen die dat niet nodig hebben.
Die stelling verdedigde directeur Pieter Hasekamp van het Centraal Planbureau maandag bij een lezing in Amsterdam, georganiseerd door het weekblad EW.
Hasekamp vindt dat het vermogen van de politiek en maatschappelijke belangengroepen om verantwoord te plannen op de lange termijn is aangetast. Hij ziet graag dat we terugkeren naar een ‘investeringsmaatchappij’, waarbij de overheid op hoofdlijnen het beleid uitzet, maar zich onthoudt van detailregulering.
Bedrijven en burgers moeten op hun beurt niet verwachten dat de overheid bijspringt om elke vorm van tegenslag op te vangen.
Krappe arbeidsmarkt: immigratie geen oplossing
De CPB-directeur ging in de EW-lezing op een aantal specifieke knelpunten voor de Nederlandse economie in. Één daarvan was de krappe arbeidsmarkt.
Daarbij gaf Hasekamp aan dat extra immigratie om tekorten op de arbeidsmarkt op te lossen wat hem betreft geen goed idee is. Hij verwees hierbij naar het gegeven dat immigratie ook leidt tot extra druk op de vraag naar huizen, scholing, sociale voorzieningen en gezondheidszorg. Dat leidt op andere vlakken dus tot nieuwe krapte.
Liever ziet Hasekamp dat Nederland kiest voor specialisatie en hoogwaardige banen, met als voorbeeld dat het "soms verstandiger is om tomaten te importeren in plaats van tomatenplukkers."
Ook kan Nederland zich beter richten op het creëren van meer kansengelijkheid door te investeren in zaken als voorschoolse educatie en kinderopvang om de sociale tweedeling in de maatschappij aan te pakken. Dat schept volgens Hasekamp uiteindelijk ook de economische voorwaarden om meer mensen binnen Nederland aan hoogwaardig werk te helpen.