Premier Mark Rutte heeft bij zijn Europese collega’s aangedrongen op een sterk mechanisme waarin lidstaten die zich niet houden aan de rechtsstaat op hun EU-subsidies kunnen worden gekort. Dat bevestigen diplomaten in Brussel. De beslissing over zo’n korting moet niet te gemakkelijk kunnen worden tegengehouden door de lidstaten.

Rutte heeft dat naar voren gebracht tijdens een ruim twee uur durende vergadering op de EU-top waar de leiders onderhandelen over een nieuwe begroting voor de periode 2021 tot en met 2027. Vooral Hongarije en Polen wordt de laatste tijd verweten de regels over de rechtsstaat aan hun laars te lappen.

Ook heeft Rutte zijn twijfels geuit over het nut om het kapitaal te verhogen van de Europese Investering Bank (EIB) zoals EU-president Charles Michel voorstelt. De aandeelhouders van de EIB zijn de lidstaten van de Europese Unie.

Michel heeft de vergadering geschorst nadat de leiders hun zegje hadden gedaan over zijn voorstellen voor de meerjarenbegroting. Hij wil een-op-een verder praten met leiders om vooruitgang te boeken. Er wordt voor wie wil intussen een diner geserveerd.

In het voorstel van Michel is wel een mechanisme voorzien om lidstaten die zich niet houden aan de EU-normen over de rechtsstaat financieel te straffen, maar dat is lastig.

Rutte heeft nieuwe biografie Chopin bij zich

Rutte liet voor de onderhandelingen weten dat hij "een nieuwe biografie van Frédéric Chopin en een klein appeltje" bij zich heeft om de urenlange gesprekken over de Europese meerjarenbegroting door te komen.

"Ja, wat moet ik anders doen? Ik denk niet dat ik ga meepraten. Er zullen veel bilaterale gesprekken zijn."

Rutte herhaalde dat het voorstel van EU-president Charles Michel over de begroting van 2021 tot en met 2027 dat nu op tafel ligt voor hem onaanvaardbaar is. "Daar ga ik niet mijn handtekening onder zetten."

De jaarlijkse korting die de nettobetalers Nederland, Oostenrijk, Zweden, Denemarken en Duitsland krijgen op hun afdracht aan de EU wordt de komende jaren afgebouwd, als het aan Michel ligt. Na gesprekken met de 27 regeringsleiders heeft hij vorige week zijn voorstel voor de EU-meerjarenbegroting (MFK) voor 2021 tot en met 2027 op tafel gelegd. De uitgaven bedragen daarin 1,074 procent van het gezamenlijke Europese inkomen (bbp), wat neerkomt op 1.094 miljard euro.

Nederland heeft volgens Rutte "goede argumenten" om vast te houden aan een gelijke begroting als de vorige zeven jaar van 1 procent van het gezamenlijk Europees inkomen (bni) en een jaarlijkse korting.

'Michel heeft een onmogelijke klus'

Volgens de premier is het 'vrekkige' Nederland, zoals ons land door andere landen die de komende jaren meer willen uitgeven aan de EU wordt genoemd, al opgeschoven, omdat door de inflatie en economische groei de jaarlijkse betaling aan de EU toeneemt.

"Daarbij, het budget moderniseert niet. Een derde zit nog steeds in de landbouw, een derde gaat nog steeds naar die cohesie- en structuurfondsen. Nederland wordt geraakt door de brexit. Nederland is geraakt, met Duitsland en Zweden maar meer dan andere landen, door de vluchtelingencrisis een paar jaar geleden. Het is een keer klaar", zei hij.

Rutte verwijt Charles Michel, voormalig premier van België, niets, zei hij. "Michel doet zijn best maar hij heeft een onmogelijke klus. Het is nog gemakkelijker een Belgische regering te vormen dan Europa uit de begroting te laten komen", aldus Rutte.

In België wordt al negen maanden geprobeerd een federale regering op de been te krijgen. Het record formeren ligt in dat land zelfs op 541 dagen.

Meer eigen inkomsten voor de EU-kas

Het voorstel van Michel voorziet ook in meer eigen inkomsten voor de EU-kas, uit veilingen van CO2-rechten en een belasting op niet-gerecyclede plastic verpakkingen. Dat zou goed zijn voor 14 à 15 miljard.

Michel stelt verder voor dat lidstaten nog maar 12,5 procent van de heffingen die zij innen op importgoederen mogen houden. Dat is nu 20 procent. Daarnaast zouden de EU-landen 10 miljard extra moeten storten bij de Europese Investeringsbank, om 500 miljard extra investeringen te genereren voor klimaat en digitalisering.

De uitgaven aan landbouwsubsidies en plattelandsontwikkeling dalen in het voorstel met ruim 50 miljard tot 329 miljard euro. Voor steun aan minder ontwikkelde regio's (cohesiefonds) is een soortgelijke korting voorzien, waarmee het totaal komt op 323 miljard. Hoe rijker een land, hoe minder het krijgt uit dit fonds. Landen die een loopje met de rechtsstaat nemen, zouden moeten kunnen worden gekort. Maar dat wordt lastiger dan in een eerder voorstel.

Voor onderzoek, het Erasmus-programma, digitalisering, defensie en buitengrensbewaking is fors meer geld gereserveerd dan in het huidige MFK. Landen waarvoor de overgang naar een klimaatneutrale economie relatief moeilijk is, kunnen putten uit een 'transitiefonds' van 7,5 miljard euro.