Het lijkt erop dat cao-lonen in Nederland een forse sprong maken. Maar omdat ook de inflatie hard stijgt, levert dat werknemers per saldo weinig op in koopkracht.
De loonstijging in cao-afspraken is vorige maand op het hoogste niveau uitgekomen sinds de crisis ruim tien jaar terug. Volgens werkgeversorganisatie AWVN zijn in mei 24 cao’s afgesloten. Daarin werd gemiddeld een loonstijging overeengekomen van 2,96 procent, bevestigt een woordvoerder van AWVN na berichtgeving door De Telegraaf.
Onderstaande grafiek uit de cao-kijker van AWVN laat zien dat in het cao-seizoen van 2019 nieuwe cao’s structureel werken met een loonstijging van meer dan 2,5 procent.
Bij de overheid en in de zorg stijgen de cao-lonen het sterkst, in de landbouw is de toename relatief beperkt.
De hoeveelheid cao’s die werkgevers met vakbonden overeenkomen, verschilt sterk van maand tot maand. Toch lijkt er de laatste tijd bij de afgesproken loonsverhoging duidelijk een stijgende trend waar te nemen. Volgens AWVN komt dat door de aangetrokken economie.
Overigens was de afgesproken loonstijging nog ver verwijderd van de looneis van vakbond FNV, die dit jaar bij onderhandelingen inzet op plussen van 5 procent. In een reactie op de AWVN-cijfers in De Telegraaf benadrukt cao-coördinator Zakaria Boufangacha van de FNV dat de bond hard voor de loonstijgingen moet strijden.
"We hebben nog geen werkgever meegemaakt die uit zichzelf een eerlijke loonsverhoging bood. Verder zien we ook dat in sectoren waar het minimumloon wordt betaald, zoals in de horeca en distributiecentra, de lonen laag blijven en nauwelijks meestijgen met de prijzen."
Cao-lonen stijgen 3 procent... maar inflatie ook
Mede door de verhoging van het lag btw-tarief naar 9 procent begin dit jaar is de Nederlandse inflatie fors opgelopen. De gemiddelde prijsstijging van het mandje van goederen en diensten dat het Centraal Bureau voor de Statistiek bijhoudt, bedroeg in april 2,9 procent.
De inflatie ligt dus op hetzelfde niveau als de stijging van de cao-lonen, waardoor het koopkrachteffect van van de loongroei zeer gering is.