De Europese beurzen zijn maandag met winsten gesloten. Beleggers moesten het op de eerste dag van de nieuwe handelsweek doen zonder groot richtinggevend nieuws. Er werd vooral uitgekeken naar mogelijke eerste tekenen van het toekomstige beleid van de aanstaande Amerikaanse president Donald Trump.
De AEX-index eindigde 0,3 procent hoger op 446,76 punten. De MidKap daalde 0,2 procent tot 639,51 punten. De indices in Frankfurt, Londen en Parijs gingen 0,2 tot 0,4 procent vooruit.
Staalconcern ArcelorMittal en verzekeraar Aegon voerden de AEX aan met winsten van 4,9 en 4,1 procent. ArcelorMittal profiteerde daarbij van de verdere opmars van de metaalprijzen sinds de Amerikaanse verkiezingen. Verder neemt de Europese Commissie extra maatregelen om de staalindustrie in Europa te beschermen tegen concurrentie uit China. KPN en Heineken waren van de hoofdfondsen de grootste verliezers, met minnen van 2,6 en 2,4 procent.
Onder druk van de dalende olieprijzen noteerde het aandeel Shell verder 0,9 procent in de min. Amerikaanse olie was 2,7 procent goedkoper bij 42,25 dollar per vat. Brent stond 2,5 procent lager op 43,62 dollar per vat.
Bij de middelgrote fondsen was verzekeraar ASR de sterkste stijger met een winst van 2,3 procent. Vastgoedbelegger Wereldhave speelde 2,2 procent kwijt en was daarmee de sterkste daler.
Heijmans ging opnieuw flink omlaag bij de kleinere fondsen. Het in financieel zwaar weer verkerende bouwbedrijf neemt volgend voorjaar afscheid van financieel directeur Mark van den Biggelaar en verloor 4,3 procent. Het bedrijf waarschuwde onlangs voor de dreigende financiële gevolgen van aanhoudende problemen op grote projecten en zag zijn beurskoers daarop deze maand al met bijna een derde dalen.
In Frankfurt zakte het aandeel RWE meer dan 3 procent. Het Duitse energiebedrijf zag zijn winst de afgelopen maanden stevig dalen, zo bleek uit een handelsbericht. RWE houdt daarbij last van de lage elektriciteitsprijs.
Intrum Justitia zag in Stockholm zijn beurswaarde met een kleine 8 procent stijgen. Het incassobureau is van plan de handen ineen te slaan met zijn Noorse branchegenoot Lindorff.
De euro was 1,0724 dollar waard, tegen 1,0840 dollar bij het slot van de Europese beurzen op vrijdag.