In de VS is het gebruikelijk dat studenten bij banken en non-profit
organisaties leningen afsluiten om hun studie te betalen.

In het schooljaar 2007-’07 werd er nog 49 miljard euro geleend, meldt de
Financial Times.

Maar dankzij de kredietcrisis stopt de ene bank na de andere
leningverstrekker met het lenen van geld aan armlastige studenten, die
meestal weinig waardevolle bezittingen als onderpand hebben.

Een groot gedeelte van de leningen wordt gefinancieerd door die leningen weer
met meerdere andere leningen – zoals hypotheken – worden verpakt, en als
gesecuritiseerde leningen als handel worden aangeboden.

Maar juist de gesecuritiseerde leningenmarkt ligt nu volledig op zijn gat.
Banken vertrouwen elkaar niet meer door kredietcrisis.

Ongeveer 80 procent van de leningen wordt uitgegeven door organisaties
die gefinancierd worden door staatsprogramma's. De overige 20 procent zijn
leningen van banken.

De doorsnee, net afgestudeerde Amerikaan betreedt de arbeidsmarkt met een
schuld van gemiddeld ruim 13.000 euro.

Maar het zijn vooral studenten uit armere gezinnen die een lening moeten
afsluiten. Bedragen van 30 tot 40.000 euro zijn niet ongewoon.

Helaas zijn de ouders van deze armere studenten óók veelal mensen die
een zogenaamde sub-prime hypotheek hebben: een hypotheek die soms vele malen
hoger is dan de waarde van het huis.

Zeker nu de huizenprijzen in de Verenigde Staten flink ingezakt zijn door de
hypotheekcrisis. Veel ouders gaven juist de waarde van hun woningen als
onderpand voor de leningen van hun kinderen.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl