Het omstreden Koningslied dat in 2013 werd gemaakt voor de inhuldiging van koning Willem-Alexander is veel duurder dan gedacht.

Er is 400.000 euro uitgegeven voor de productie van het liedje. Daarbovenop komt de 150.000 euro die de Nederlandse Publieke Omroep (NPO) zelf bijdroeg.

Een woordvoerster van de NPO bevestigde vrijdag een bericht in De Telegraaf, die de eindafrekening van het Nationaal Comité Inhuldiging heeft ingezien.

De 400.000 euro werd volgens de NPO onder meer uitgegeven aan de huur van de studio, het maken van de videoclip, een app, het opzetten van de liveverbinding, de aankleding en andere activiteiten voor het optreden in en om Ahoy in Rotterdam destijds. Het comité betaalde deze kosten.

De 51 artiesten die aan het liedje meewerkten kregen in ieder geval geen geld, omdat zij het deden voor het goede doel Oranjefonds. Componist John Ewbank liet tegenover De Telegraaf weten dat hij niet wist waar al het geld aan is besteed. “Ik heb ook geen factuur gestuurd voor mijn werk of het gebruikt van de studio.”

Kritiek op Koningslied

Na de presentatie van het Koningslied was er veel kritiek op de tekst, die was samengesteld op basis van inzendingen van het Nederlandse publiek. Het verdween al snel van YouTube nadat veel mensen de knop 'melding misbruik' hadden aangeklikt. Columniste Sylvia Witteman lanceerde een petitie tegen het nummer. (Lees hier de volledige tekst van het Koningslied.)

Het Nationaal Comité Inhuldiging bleef echter vasthouden aan het lied. Op 30 april 2013, vlak voor het begin van de Koningsvaart op het IJ in Amsterdam, luisterde het koningspaar samen met zijn drie dochtertjes via een live verbinding met Ahoy naar het nummer.