- De Europese Commissie heeft het voornemen om onkruidverdelger glyfosaat nog eens tien jaar toe te staan in de EU, definitief doorgezet.
- Onder de lidstaten van de Europese Unie was onvoldoende steun voor een verbod.
- Sommige onderzoekers zien een verband tussen intensief gebruik van glyfosaat het risico op de ziekte van Parkonson, maar volgens Brussel is dit onvoldoende bewezen.
- Lees ook: Deze 2 grafieken laten zien dat Nederland tot de grootverbruikers van de omstreden onkruidverdelger glyfosaat behoort binnen de Europese Unie
De Europese Commissie staat de omstreden onkruidverdelger glyfosaat nog eens tien jaar toe. Wel schrijft de commissie een aantal “nieuwe voorwaarden en beperkingen” voor, laat zij weten.
De Commissie kan haar plan doorzetten dankzij een patstelling tussen de EU-landen. De royale meerderheid die nodig is om het bestrijdingsmiddel te verbieden kwam er donderdag opnieuw niet. Evenmin als ruime steun voor verlenging van de vergunning met tien jaar, zoals de Commissie had voorgesteld.
Nederland stemde blanco bij EU-besluit over glyfosaat
Het gebruik van het landbouwgif wordt wel verder ingeperkt, aldus de Commissie. Zo mag het niet meer worden ingezet om gewassen te drogen voor de oogst. Ook moeten gebruikers maatregelen nemen om te voorkomen dat andere planten en dieren onbedoeld worden getroffen.
Nederland heeft zich donderdag opnieuw onthouden van stemming, zegt een EU-bron. De Tweede Kamer wilde dat Nederland tegen zou stemmen.
Over glyfosaat, beter bekend als bijvoorbeeld het veelgebruikte Roundup van fabrikant Monsanto, is al jaren veel te doen. Sommige onderzoekers denken dat het middel kankerverwekkend is en de ziekte van Parkinson kan veroorzaken. Bovendien zou het een belangrijke bestuiver als de bij en veel andere diersoorten ernstig bedreigen. Maar de commissie ziet geen sluitend bewijs en dus ook geen reden voor een verbod.
De verlenging van de Europese vergunning betekent niet per se dat glyfosaat de komende jaren ook in Nederland zoals voorheen is toegestaan. EU-landen mogen zelf bepalen waar en hoe ze het middel precies willen toelaten.