Eén van de grootste banken ter wereld zegt dat de natuurlijke bronnen van de aarde opraken en dat overheden en bedrijven slecht zijn voorbereid op klimaatverandering.
Analisten van zakenbank HSBC wijzen dringend op onderzoek van het Global Footprint Network (GFN).
Deze organisatie houdt bij hoe snel de jaarlijkse capaciteit van de aarde om natuurlijke bronnen zoals voedsel en hout aan te vullen, wordt geconsumeerd. In 2018 was dat op 1 augustus al het geval.
Ofwel de bewoners van de aarde hebben in zeven maanden tijd net zo veel geconsumeerd als het jaarlijkse vermogen van de aarde om natuurlijke bronnen te vernieuwen, zo blijkt uit de analyse van GFN.
“Deze bevindingen laten zien dat bedrijven en overheden niet goed zijn voorbereid op de gevolgen van klimaatverandering en dat ze natuurlijke bronnen niet efficiënt gebruiken”, stellen de analisten van HSBC.
Banken en vermogensbeheerders houden sinds een aantal jaren meer rekening met klimaatrisico's bij beleggingsbeslissingen, maar het komt zelden voor dat aandelen-analisten van een grootbank expliciet waarschuwen voor de gevolgen van klimaatverandering.
Biocapaciteit kan menselijke consumptie niet bijhouden
De analyse van GFN kijkt naar de consumptie van natuurlijke bronnen, zoals voedsel van het land, bos en zeeproducten, plus zaken zoals de emissie van koolstofdioxide. Dit wordt vergeleken met de 'biocapaciteit', ofwel het jaarlijkse vermogen van de aarde om natuurlijke bronnen aan te vullen en het absorptievermogen van CO2 in ecosystemen.
Dit resulteert in een berekening van Earth Overshoot Day, de dag in het jaar waarop we de biocapaciteit van een jaar hebben opgesoupeerd.
In 1970 lag de 'overschrijding' van de biocapaciteit op 29 december. Ofwel de aarde stond destijds twee dagen 'in het rood'. Sindsdien is deze datum gestaag opgeschoven tot het nieuwe record van 1 augustus dit jaar.
(klik voor uitvergroting)
De analisten van HSBC wijzen erop dat de effecten van klimaatverandering de balans verder kunnen verslechteren, omdat bijvoorbeeld perioden van grote droogte invloed hebben op de opbrengst van de landbouw; en een hogere frequentie van bosbranden beïnvloedt het beschikbare bosareaal. Extremere weersomstandigheden kunnen zo forse economische en sociale kosten meebrengen.
Uit recent onderzoek blijkt dat gemiddelde temperaturen in het jaar 2.100 zo'n 15 procent hoger kunnen uitvallen, vergeleken met de hoogste schattingen van het intergouvernementele klimaatpanel IPCC.