- Minister Rob Jetten heeft woensdag een nieuw pakket aan klimaatmaatregelen gepresenteerd, waarmee de regering verwacht de doelen van 2030 te gaan halen.
- Opgeteld moeten alle maatregelen zorgen voor een extra vermindering van de CO2-uitstoot van circa 22 megaton per jaar.
- Het kabinetsdoel is om in 2030 de uitstoot met 55 procent te hebben verminderd, maar uit doorrekeningen van het PBL bleek de afgelopen jaren dat dit doel nog niet in zicht is.
- Lees ook: Gelekte plannen van Rutte IV uit de voorjaarsnota: 7 zaken die je portemonnee raken
Minister Rob Jetten van Klimaat en Energie noemt het nieuwe pakket aan klimaatmaatregelen, wat 28 miljard euro gaat kosten, “ambitieus”. Het moet er niet alleen toe leiden dat de doelen worden gehaald, zegt hij, maar ook “dat de sterkste schouders de zwaarste lasten dragen”.
De belangrijkste maatregelen kwamen al voor de persconferentie van Jetten naar buiten. Zo gaat het kabinet de aanschaf van een tweedehands elektrische auto goedkoper maken door subsidies en wordt extra geld uitgetrokken om woningen te verduurzamen.
Te beginnen met “de meest tochtige huizen” in “de meest kwetsbare wijken”, zei Jetten in een toelichting. “Daarmee slaan we twee vliegen in een klap. Namelijk meer energiebesparing en een lagere energierekening.”
Verduurzaming industrie moet klimaatdoel dichterbij brengen
De grootste klapper moet komen van verduurzaming van de industrie. Zo blijft de hogere CO2-heffing voor de industrie bestaan. Vanaf 2027 wordt verplicht dat plastics voor minimaal 25 tot 30 procent uit gerecycled of bio-materiaal bestaan.
Opgeteld moeten alle maatregelen zorgen voor een extra vermindering van de CO2-uitstoot van circa 22 megaton per jaar. Dat is 13 procent van de huidige uitstoot, rekende Jetten voor. Het pakket telt 120 extra maatregelen. Volgens Jetten moeten die er onder meer voor zorgen dat alle in Nederland opgewekte elektriciteit over twaalf jaar schoon is.
Het kabinetsdoel is om in 2030 de uitstoot met 55 procent te hebben verminderd ten opzichte van 1990, maar het mikt op 60 procent. Uit doorrekeningen van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) bleek de afgelopen jaren keer op keer dat dit doel nog niet in zicht was.
Het kabinet gaat meer belasting heffen op allerlei verbruik van fossiele brandstoffen, van benzine tot aardgas. Voor huishoudens komen er twee tarieven voor aardgas. Voor een relatief laag verbruik gaat de heffing omlaag, maar voor hoger gebruik juist omhoog. Waterstof krijgt een lager tarief, zodat dit vooral voor bedrijven aantrekkelijker wordt dan gas.
"In alle sectoren van de economie wordt de lat hoger gelegd", zei Jetten. Hij erkende dat grote veranderingen als deze "vaak spannend zijn", maar benadrukte dat het kabinet "onzekerheden wil wegnemen". Het geld dat het kabinet wil investeren, komt voor het grootste deel uit het eerder aangekondigde klimaatfonds.