Het aftreden van de Spaanse koning Juan Carlos markeert het eind van een historisch tijdperk waarin Spanje de weg vond naar democratie. En via het lidmaatschap van de Europese Unie werd Spanjaarden gemiddeld zes keer zo rijk.
De afgetreden koning Juan Carlos maakt plaats voor de jongere generatie. “De nieuwe generatie wil en moet de hoofdrol spelen”, zei Juan Carlos maandagmiddag in een boodschap aan het volk die op tv en radio werd uitgezonden. ,,De jongere generatie kan met nieuwe energie veranderingen en uitdagingen aan”, aldus de koning.
Hij meent dat zijn zoon Felipe, die hem opvolgt, klaar is voor zijn nieuwe rol. “Hij heeft de volwassenheid en de verantwoordelijkheid voor deze rol. Hij belichaamt de stabiliteit.” Felipe kan wat Juan Carlos betreft “beginnen aan een nieuw hoofdstuk van hoop, waarin de verkregen ervaring en de impuls van een nieuwe generatie worden gecombineerd”.
Juan Carlos bedankte het Spaanse volk en zijn vrouw voor alle hulp en steun tijdens zijn koningschap van bijna 40 jaar. Terugkijkend voelt hij “niets dan trots en dankbaarheid”. Toen hij in januari 76 werd, vond hij het tijd voor zijn aftreden, zei hij in zijn toespraak.
Troonsafstand Juan Carlos
De Spaanse regering keurt dinsdag de wet goed waarmee koning Juan Carlos zijn troon opgeeft ten gunste van zijn 46-jarige zoon Felipe de Borbón y Grecia. Het parlement moet nog met de wet instemmen en dan kan de kroonprins snel tot koning Felipe VI worden uitgeroepen.
De nieuwe koning legt daarbij de eed af in het parlement, waar volgens Spaanse media circa 80 procent van de afgevaardigden achter de troonsopvolging staat. Het hele proces duurt volgens Spaanse media hooguit een paar weken.
Sommigen zien echter in het aftreden van de koning een mooie gelegenheid een referendum te houden over de vraag of Spanje een koninkrijk moet blijven of een republiek moet worden. Actievoerders hebben opgeroepen maandagavond om acht uur 's avond op verscheidene plaatsten bijeen te komen om te betogen voor een referendum, zoals op het Plaza de Cataluña in Barcelona en de Puerta del Sol in Madrid.
Juan Carlos verankerde democratie Spanje
De Spaanse koning Juan Carlos leek bij zijn troonsbestijging niet meer dan een marionet van generaal Francisco Franco. Hij bewees het tegendeel door eigenhandig een militaire coup de kop in te drukken en de Spaanse democratie inhoud te geven.
Juan Carlos was bij zijn geboorte op 5 januari 1938 in Rome niet voorbestemd om de troon te bestijgen. Franco regeerde nog met ijzeren hand en de monarchie stond sinds de jaren 20 buitenspel. Franco wilde zelf staatshoofd blijven en had zijn twijfels over de betrouwbaarheid van Juan de Borbón, Juan Carlos' vader en de zoon van de overleden koning Alfonso XIII. Hij koos daarom uiteindelijk Juan Carlos als zijn opvolger en leidde hem zo op, dat Juan Carlos zijn ultraconservatieve regime kon voortzetten.
Juan Carlos ontmoette in de loop der jaren buiten medeweten van de dictator echter steeds vaker oppositieleden die Spanje wilden hervormen. Na Franco's dood in 1975 werd Juan Carlos koning van Spanje. Al snel voerde hij democratische hervormingen door, die resulteerden in algemene verkiezingen in 1977 en een jaar later in de ratificatie van een nieuwe grondwet.
Mislukte coup
De vaart waarmee Juan Carlos van Spanje een moderne democratie maakte, viel verkeerd bij sommige Spaanse militairen. Leden van de Guardia Civil onder leiding van luitenant kolonel Tejero Molina deden op 23 februari 1981 een greep naar de macht door gewapend een zitting van de Cortes (het parlement) binnen te vallen.
De rechtse opstandelingen rekenden op de koning, maar die verzette zich fel tegen de staatsgreep. 18 uur lang hielden de 'putchisten' onder het oog van de wereld de volksvertegenwoordigers in gijzeling. Juan Carlos verzekerde zich van de steun van de belangrijkste legercommandanten en de staatsomroep. In een televisietoespraak vroeg hij steun voor de democratische regering en droeg alle militairen op terug te keren naar hun barakken.
Lidmaatschap EU voor Spanje
Een mijlpaal voor Spanje was de toetreding tot de Europese Unie in 1986. De deelname aan de interne Europese markt markeerde voor Spanje ook een lange periode van welvaartsgroei, zoals blijkt uit onderstaande grafiek.
In de periode tussen 1975 en 1985 groeide het inkomen per hoofd van de bevolking in Spanje met een kleine vijftig procent. Maar vanaf 1986 werd een ware groeispurt ingezet. Sindsdien is het inkomen per hoofd ruim zes keer zo hoog geworden.
De zware economische crisis als gevolg van het knappen van de zeepbel op de Spaanse huizenmarkt heeft sinds 2008 wel diepe spore nagelaten. In zes jaar tijd is het inkomen per hoofd van Spanje met ruim 16 procent afgenomen.
Koningshuis Spanje: akkefietjes
Het Spaanse koningshuis was lange tijd zeer populair. De laatste jaren klonk echter steeds sterker de oproep aan Juan Carlos om terug te treden. Een olifantenjacht in Botswana werd hem zwaar aangerekend, evenals de onthulling dat hij al jaren een minnares had. Een reeks operaties na een valpartij in de badkamer zorgde bovendien voor vraagtekens over zijn lichamelijke gestel.
Juan Carlos kan zich beroepen op banden met vrijwel alle belangrijke koningshuizen van Europa. Hij doet aanspraak op de titel Koning van Jeruzalem, als opvolger van de koninklijke familie van Napels. Hij stamt in een rechtstreekse lijn af van keizer Karel V die ook de eerste koning van Spanje was, de Britse koningin Victoria en de Franse koning Lodewijk de XIV.
Bron: ANP/Z24
Lees ook
Waarom Europa een splijtzwam is tussen Londen en de rest van Groot-Brittannië
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl