Terwijl makkelijk vindbare olie in Noord-Amerika en de Noordzee langzaam maar
zeker op raakt, bulkt Irak van de onontgonnen reserves. Het land heeft na
Saoedi-Arabië, Canada en Iran de grootste oliereserves ter wereld. Zie de
grafiek: mondiale
oliereserves
In totaal heeft in Irak zo’n 115 miljard vaten olie, een kleine 10 procent van
de bewezen reserves in de wereld. Dat zijn olievoorraden waarvan het
technisch en economisch aannemelijk is dat ze geëxploiteerd kunnen worden.
Bij de veiling van 30 juni gaat het om velden die naar schatting 43 miljard
vaten olie bevatten, pakweg een derde van de Iraakse olievoorraad.
De hoofdprijs was dinsdag voor de Britse energiegigant BP, die samen met het
Chinese staatsbedrijf CNPC het contract voor het gigantische Rumaila-veld in
de wacht heeft gesleept, meldde de BBC.
Het Rumaila-veld omvat naar schatting 17 miljard vaten olie.
Olie-industrie open voor buitenland
Voor het eerst sinds 1972, toen de Iraakse olie-industrie werd
genationaliseerd en westerse oliebedrijven uit het land werden gezet, kunnen
buitenlandse energiemaatschappijen meedingen naar Iraakse olie.
Alle grote westerse bedrijven, waaronder ExxonMobil, BP en Shell, toonden
dinsdag interesse. Shell gaf eerder aan samen met Chinese oliemaatschappijen
te willen bieden.
De Iraakse regering kiest voor een veiling per tv en doet zo hard z'n best om
de indruk te wekken dat de Iraakse olierijkdom niet zomaar wordt verkwanseld
aan buitenlandse bedrijven. De twintigjarige contracten die op het spel
staan, geven officieel ook geen recht op de aanwezige reserves, maar zijn
zogenoemde dienstverleningscontracten.
Irak wil buitenlandse bedrijven een afgesproken bedrag bieden voor elk vat
olie dat ze extra oppompen, zodra de productie een vooraf vastgesteld
minimumniveau overtreft. De velden die onder de hamer gaan, produceren in de
meeste gevallen al olie. Doel van de Iraakse regering is om de
productieniveaus van de velden fors te verhogen.
In het geval van het Rumaila-veld hebben BP en zijn Chinese partner zich tot
doel gesteld de productiecapaciteit te verhogen van één miljoen vaten per
dag naar 2,85 miljoen vaten per dag. Daarbij heeft het Brits-Chinese
consortium geaccepteerd dat het voor elk vat extra olie een vergoeding van
twee dollar krijgt.
Druppel op gloeiende plaat
Extra olieproductie uit Irak kan een welkome aanvulling zijn voor het
mondiale olieaanbod in de komende jaren. De Iraakse regering wil de
dagelijks productie verdubbelen van twee tot vier miljoen vaten per dag. Die
twee miljoen vaten per dag extra staan gelijk aan ruim twee procent van de
huidige wereldwijde olieproductie.
Gelet op de verwachte groei van de energievraag in opkomende landen, vooral in
China en India, zal extra olie uit Irak echter een beperkte bijdrage leveren
aan de wereldwijde energiebalans.
Onzeker is bovendien in hoeverre buitenlandse bedrijven die Iraakse
oliecontracten in de wacht slepen, veilig kunnen werken. De Amerikaanse
president Obama wil Amerikaanse legertroepen in de periode tot 2011 volledig
terug trekken uit Irak, waarna de binnenlandse veiligheid door de Iraakse
regering moet worden gegarandeerd.
Grondstofhandelaren waren dinsdag 30 juni vooral onder de indruk van berichten
over productieproblemen in olieland Nigeria. De prijs van Amerikaanse
olie voor directe levering klom bijna twee dollar, tot 71 dollar per
vat. Daarmee ligt de olieprijs zo'n tachtig procent hoger vergeleken met de
start van dit jaar.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl