Nederlanders zijn oververzekerd en geven dus te veel geld uit aan verzekeringen, hoor je vaak. Daar zit een kern van waarheid in. In het jaarlijkse verzekeringsonderzoek van Swiss Re eindigt Nederland steevast op de tweede plaats na Zwitserland wat uitgaven aan verzekeringen per persoon betreft. Veel Nederlanders kunnen honderden euro’s per jaar besparen als ze zich verstandiger verzekeren. Bedrijven zelfs (tien)duizenden euro’s.
Ik, Arjan Hendriksen, stoor me als manager risicobeheersing van Interpolis soms aan de extra verzekeringen die de winkelier me aanraadt als ik bijvoorbeeld een horloge koop. Voor een paar tientjes per jaar is dat artikel dan verzekerd tegen diefstal of verlies.
Eenvoudige stelregel
Voor slim verzekeren geldt een eenvoudige stelregel: verzeker iets alleen als
je het verlies ervan zelf niet kunt dragen. Een nieuwe auto van 30 duizend
euro allrisk verzekeren valt voor de meeste mensen aan te raden. Een horloge
van 150 euro niet. Het is vervelend als je dat horloge verliest, maar je
leven verandert er niet door.
Wat voor consumenten geldt, geldt voor bedrijven nog sterker. Door slimmer met risico’s en verzekeringen om te gaan, valt jaarlijks veel geld te besparen.
Hoe je een risico-evaluatie uitvoert
In de whitepaper ‘Grip op uw bedrijfscontinuïteit’ legt Interpolis uit hoe je als bedrijf een risico-evaluatie uitvoert. De basis van die analyse is dat je risico’s
indeelt langs twee assen: hoe groot is de kans dat een bepaald incident zich
voordoet? En – als het gebeurt – wat is dan de (financiële) impact? Interpolis helpt bedrijven uiteraard graag met het maken van zo’n risico-evaluatie.
Kleine kans, grote gevolgen
Risico’s met een kleine kans en een klein effect (door ondeskundig gebruik
gaat de vaatwasser in de kantine kapot bijvoorbeeld) kun je beter niet
verzekeren, dat snappen de meeste bedrijven. Risico’s met een grote kans kun
je beter ook niet verzekeren. Je kunt beter maatregelen nemen om de kans
erop te verkleinen. Als de impact bij zulke hoogfrequente risico’s ook nog
eens groot is, kún je ze vaak niet eens verzekeren. Stel dat er iedere maand
een medewerker gewond raakt bij het gebruik van een machine. Zo’n risico
moet je als bedrijf eenvoudig vermijden: machine eruit of productieproces
drastisch aanpassen.
Maar wat bedrijven wél moeten verzekeren, zijn risico’s met een kleine kans en
grote impact. Brand, bedrijfsstilstand of milieuschade bijvoorbeeld. Al
gebeuren zulke calamiteiten zelden, ze brengen veel bedrijven wel aan de
rand van de afgrond of daar overheen. Toch zien bedrijven juist zulke
risico’s nog wel eens over het hoofd. Ach, die kans is zo klein, redeneren
ze dan. Neem de dakdekker laatst op het huis van mijn buurman. Hij had zijn
blusser niet meegenomen. ‘Ach, het gaat toch altijd goed’, antwoordde hij
toen ik hem daarop aansprak.
Multinationals verzekeren minder
Honderden keren in mijn leven heb ik met bedrijven een risico-evaluatie
opgesteld waarbij we júíst op zoek gaan naar zulke risico’s met een kleine
kans, maar groot gevolg. Ik speel dan echt de advocaat van de duivel. Heb je
hier wel eens aan gedacht? En wat doe je als dit of dat optreedt?
Of een bedrijf de risico’s die we zo blootleggen het beste wel of niet kan
verzekeren, hangt af van de financiële situatie. Zo verzekert de overheid
haar bezittingen en projecten zelden. De kosten van een afgebrand
gemeentehuis of universiteitsgebouw kan de overheid namelijk prima zelf
opbrengen.
Om dezelfde reden verzekeren ook multinationals lang niet alles. Maar pas wel
op met dat principe. Heel grote bedrijven kunnen bepaalde risico’s nemen.
Voor de meeste bedrijven ligt de drempel van het zelf risico’s dragen helaas
een stuk lager.”
Klik hier voor meer informatie over slim verzekeren.
Arjan Hendriksen is Manager risicobeheersing bij Interpolis. In een serie
artikelen laten hij en collega’s zien hoe bedrijven doordacht kunnen omgaan
met risico’s. Interpolis is partnerexpert van Z24.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl