- Het internet is indirect goed voor zo’n 1,6 miljard ton broeikasgassen per jaar, via het gebruik van met fossiele energie opgewekte stroom.
- Dat is al veel. Maar nu Google en Microsoft hun zoekmachines willen versterken met artificial intelligence (AI), kan de CO2-uitstoot flink toenemen.
- Dat kunstmatige intelligentie zo vervuilend is komt doordat het veel rekenkracht, en dus energie, vereist van computers.
- Lees ook: Microsoft denkt dat zijn zoekmachine Bing in combinatie met ChatGPT het ‘monopolie van Google’ kan doorbreken
Er is een race gaande tussen techreuzen Google en Microsoft. Onlangs maakt Microsoft bekend te gaan samenwerken met OpenAI, het bedrijf achter de tekstgenerator ChatGPT, om zijn zoekmachine Bing te versterken met artificial intelligence (AI). Google beschouwt dat als een bedreiging voor zijn verdienmodel.
Volgens de twee techgiganten kunnen zogenoemde ‘large language models’ (de specifieke vorm van kunstmatige intelligentie achter ChatGPT en soortgelijke chatbots) grote hoeveelheden data verwerken tot een begrijpelijk en menselijk ogend antwoord op een vraag. Microsoft wil Bing versterken met ChatGPT. Google doet een poging met Bard.
Om een zoekmachine draaiende te houden zijn nu al enorm veel energieslurpende servers en nodig. En met de komst van artificial intelligence kan dat nog vele malen meer worden.
Het trainen van een AI-software, zoals ChatGPT, kan honderdduizenden kilo’s aan CO2-uitstoot opleveren. Er is immers veel energie voor nodig. Voor zover het opwekken van stroom met fossiele brandstoffen gebeurt, gaat dit gepaard met de uitstoot van CO2.
In totaal is het internet naar schatting al goed voor zo'n 1,6 miljard ton aan broeikasgassen per jaar. Dat wil zeggen: het stroomverbruik dat gepaard gaat met het gebruik van het internet, voor zover deze elektriciteit met fossiele brandstoffen is opgewekt.
Om alle huidige zoekopdrachten met behulp van AI te kunnen uitvoeren, zouden Microsoft en Google vijf keer meer rekenkracht nodig hebben dan ze nu gebruiken, vertelden experts aan het tijdschrift Wired. Een logisch gevolg van de enorme toename van het bijbehorende energieverbruik is ook een enorme stijging van de uitstoot van broeikasgassen.
"Het vraagt rekenkracht, maar ook opslag en efficiëntie bij het zoeken", zegt hoogleraar cybersecurity Alan Woodward van de universiteit van Surrey tegen Wired. Elke keer als we een verandering zien in de manier waarop processen online gedaan worden, zien we een significante toename in de behoefte aan rekenkracht en koeling bij grote servercentra. Ik denk dat dit ook zo'n stap kan zijn."
Dat houdt in dat er voor de nieuwe zoekmachines veel meer datacentra nodig zijn om al deze rekenkracht ergens vandaan te kunnen halen. Oprichter Martin Bouchard van datacenterbedrijf QScale vertelde Wired dat AI ervoor zorgt dat "er ten minste vier tot vijf keer zoveel rekenkracht per zoekopdracht nodig is".
Google denkt extra uitstoot te kunnen beperken
Google stelt dat dit allemaal redelijk te ondervangen is. Ten eerste zou het bedrijf de AI-functionaliteit van Bard met een 'lichtere' versie van de chatbot introduceren, vertelt woordvoerder Jane Park van Google aan Insider.
Daarnaast zou de CO2-uitstoot ook goed te verlagen zijn. "We hebben onderzoek gepubliceerd over de energiekosten van language models, waaronder ook een eerdere, grotere versie van LaMDA [de AI-software die Google gebruikt voor Bard, red.]. Onze bevindingen tonen aan dat het combineren van efficiëntiemodellen, processors en datacentra met toegang tot duurzame energiebronnen, ervoor kunnen zorgen dat de koolstofvoetafdruk van een machine learning-systeem met een factor 1.000 verkleind kan worden", zegt Park.