De inflatie in de Verenigde Staten is in maart verder gestegen, vooral door de hogere brandstofprijzen als gevolg van de oorlog in Oekraïne. Volgens de Amerikaanse overheid bedroeg de inflatie vorige maand 8,5 procent op jaarbasis. Dat is het hoogste niveau sinds december 1981.

In februari gingen de consumentenprijzen in ’s werelds grootste economie nog met 7,9 procent omhoog. De inflatie in de VS ligt nu al zes maanden op rij boven de 6 procent. De prijzen aan de pomp voor Amerikanen stegen in maart naar recordniveaus. Maar ook levensmiddelen zijn duurder geworden door de oorlog in Oekraïne.

Om de hoge inflatie tegen te gaan is de Amerikaanse centrale bank, de Federal Reserve, bezig de rente te verhogen. Naar verwachting gaat de Amerikaanse centrale bank begin volgende maand de rente met 0,5 procentpunt verhogen.

Hogere rentetarieven zorgen ervoor dat lenen duurder wordt voor consumenten en bedrijven, en dat kan prijsstijgingen afremmen.

Voor aandelenmarkten zijn stijgende rentes in principe geen goed nieuws, omdat hogere leenkosten voor bedrijven de winstmarges van beursgenoteerde bedrijven kunnen aantasten. Op Wall Street was de reactie op het inflatiecijfers van maart echter licht positief. De inflatie was in maart in lijn met de verwachtingen daar waren beleggers blij mee.

 De Dow-Jonesindex noteerde kort na opening 0,3 procent hoger op 34.415 punten. De brede S&P 500 steeg 0,6 procent tot 4.434 punten.

Lees meer over inflatie: