De consumentenprijzen stegen in Nederland in september, blijkt nu ook uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek.
Daarmee zet het prijspeil geen nieuwe dalende trend in, na de opmerkelijke terugval van de inflatie in augustus.
Inflatie vermindert de koopkracht van spaargeld. Lichtpuntje voor spaarders is dat de hoogste variabele spaarrente iets is gestegen.
Nederlandse huishoudens hebben in september gemiddeld 1,1 procent meer betaald voor goederen en diensten dan een jaar eerder. Daarmee trok de inflatie aan ten opzichte van de voorgaande maand, meldde het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) donderdag.
Statistiekbureau Eurostat meldde afgelopen week eveneens een stijging van de inflatie in Nederland op basis van eigen cijfers. Volgens het Europese statistiekbureau kwam het prijspeil in september uit op een plus van 1 procent.
De inflatiecijfers van het CBS wijken regelmatig enigszins af van de consumentenprijsindex van Eurostat. Dat komt omdat het Europese statistiekbureau met een voor alle Europese landen geharmoniseerde methode werkt. De cijfertrends van van Eurostat en het CBS gaan doorgaans wel gelijk op.
Hogere inflatie in september komt na plotselinge val prijspeil in augustus
In augustus was de inflatie nog 0,7 procent op jaarbasis, het laagste niveau sinds november 2016, meldde het CBS.
Volgens Eurostat was de gemiddelde prijsstijging in Nederland nog kleiner: slechts 0,3 procent.
Het Nederlandse statistiekbureau gaf afgelopen maand wel aan dat de daling van de inflatie in augustus mogelijk incidenteel is. Vliegtickets waren in de zomermaand door de coronacrisis bijvoorbeeld een stuk goedkoper dan gebruikelijk.
In september zorgden juist duurdere kleren ervoor dat de consumentenprijzen weer aantrekken, aldus het statistiekbureau.
Vorige maand introduceerden veel modezaken hun najaarscollecties, die nog voor de volle prijs worden verkocht. In augustus was kleding nog veel goedkoper dan een jaar terug, door een langer dan normaal durende zomeruitverkoop.
De inflatie in de eurozone als geheel is volgens voorlopige cijfers van Eurostat nog altijd negatief. Prijzen daalden in de eurolanden in september gemiddeld 0,3 procent, tegenover een daling van 0,2 procent in augustus.
Spaarders moeten inflatie in de gaten houden
Dat de inflatie weer in opmars is, is slecht nieuws voor spaarders. Een hoger prijsniveau vermindert namelijk de koopkracht van spaargeld.
Zo bleef de Nederlandse inflatie de afgelopen jaren boven de hoogste variabele spaarrente hangen, valt op te maken uit bovenstaande grafiek. De reële waarde van het spaargeld kreeg daardoor een flinke knauw.
Daarbij komt nog dat sinds de coronacrisis veel mensen nog meer zijn gaan sparen. Vorige week meldde Eurostat dat de spaarquote, het deel van het besteedbaar inkomen dat opzij wordt gezet als spaargeld, vorig kwartaal in de eurozone tot bijna 25 procent steeg.
Dat is bijna een verdubbeling van het gangbare niveau tussen 12 en 13 procent. In de eerste drie maanden van het jaar werd door de bank genomen nog een kleine 17 procent van het inkomen opgepot.
Er is een heel klein lichtpuntje: de hoogste variabele spaarrente is per 1 oktober een fractie gestegen, van 0,2 procent naar 0,3 procent bij Lloyds Bank. Met de spaarrekening van Lloyds val je overigens onder het Duitse depositogarantiestelsel, waarbij spaargeld wel tot een ton is gegarandeerd, mocht de bank in problemen komen.