- Prijzen van goederen en diensten zijn in november op jaarbasis met gemiddeld 1,6 procent gestegen, zo blijkt uit een eerste raming voor de inflatie het het CBS.
- Exclusief energieprijzen bedroeg de inflatie in november 4,1 procent.
- Het effect van dalende energieprijzen is in november minder groot dan een maand eerder.
- Lees ook: A-merken benadelen consument volgens supermarkten, door goedkoper inkopen in buitenland te blokkeren
De gemiddelde stijging van prijzen van goederen en diensten lag in november op 1,6 procent, in vergelijking met dezelfde maand vorig jaar, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) donderdag bij een eerste raming.
Daarmee is officieel weer sprake van inflatie (stijgende prijzen), terwijl in oktober sprake was van gemiddeld dalende prijzen, ook wel deflatie genoemd. Afgelopen maand daalde het gemiddelde prijsniveau met 0,4 procent. Dat kwam vooral doordat de energieprijzen in oktober flink lager waren dan de hoge niveaus van vorig jaar.
Zonder energieprijzen is inflatie ruim 4% in november
In november was sprake van een minder scherpe daling van de energieprijzen dan in oktober. Exclusief energie bedroeg de inflatie in november 4,1 procent. In oktober was dat 5,1 procent.
In de eerste helft van 2023 was de inflatie zonder energie en motorbrandstoffen hoger dan nu, met een piek van 8,1 procent in februari en maart.
De stijging van de inflatie wil niet zeggen dat de prijzen in november zijn gestegen ten opzichte van oktober. Volgens de snelle raming waren prijzen voor consumenten in november 1,1 procent lager dan in oktober. Op 12 december zal het CBS de volledige inflatiecijfers publiceren.
De prijsontwikkeling van energie, zoals gas, elektriciteit en stadsverwarming, heeft al geruime tijd een grote invloed op het verloop van de inflatie. Dit komt met name door de hoge prijzen vorig jaar. De prijzen van energie zijn nu een stuk lager dan in 2022. Energie inclusief motorbrandstoffen werd deze maand ruim 25 procent goedkoper. In oktober zakte energie al dik 40 procent in prijs.
In de supermarkt stegen de prijzen in november iets minder hard dan een maand eerder. De prijzen voor voedingsmiddelen, dranken en tabak waren deze maand nog 7,3 procent hoger dan een jaar eerder. In oktober werden deze goederen 8,7 procent duurder.
Volgens de Europese meetmethode, die net iets anders is dan die van het CBS, stegen de prijzen in november met 1,4 procent op jaarbasis. In oktober was sprake van een prijsdaling met 1 procent. Bij de binnen de Europese Unie afgesproken methode om de inflatie te meten, wordt geen rekening gehouden met de kosten voor het wonen in een eigen woning. Later op de dag wordt het inflatiecijfer voor de hele eurozone bekendgemaakt.