- India heeft China ingehaald als het meest dichtbevolkte land ter wereld en is hard bezig om buitenlandse investeringen aan te trekken.
- Maar buitenlandse investeerders die de Indiase markt willen betreden, worden met verschillende uitdagingen geconfronteerd.
- India is bijvoorbeeld erg bureaucratisch, kent hoge invoerrechten, machtige zakenfamilies en wil ook zelfredzaam zijn.
- Kijk ook: Dit Indiase bedrijf tovert plastic zakken om tot sneakers van $100
India is dé economie om in de gaten te houden. Eerder dit jaar heeft India China ingehaald als het meest dichtbevolkte land ter wereld.
De democratie met een jonge en hoogopgeleide beroepsbevolking – de gemiddelde leeftijd is 28 – is een verleidelijke trekpleister voor bedrijven die hun risico’s willen spreiden en een nieuwe productiebestemming naast China zoeken, dat al 40 jaar de fabriek van de wereld is.
De regering van de Indiase premier Narendra Modi is ook hard bezig om de economie van het land een boost te geven door middel van het aantrekken van buitenlandse investeringen, wat het land een aantrekkelijke bestemming maakt voor internationale bedrijven.
Ondernemingen die graag in India willen investeren, zijn onder andere Tesla en techgigant Apple. De maker van de iPhone verplaatste vorig jaar al een deel van z’n productie van China naar India.
Ook de Amerikaanse topbelegger Mark Mobius, die bekend staat om zijn positieve kijk op China, heeft India onlangs aangeprezen als "de investering van de toekomst".
Maar het is niet zo gemakkelijk om in de grootste democratie ter wereld te investeren. Hier lees je waarom dit uitdagend kan zijn:
1. India wil buitenlandse investeringen aantrekken, maar ook zelfredzaam zijn
India stond lang bekend als een van de meest protectionistische landen ter wereld. Onder de huidige president Modi - die in 2014 voor het eerst aan de macht kwam - is de regelgeving omtrent directe buitenlandse investeringen de afgelopen jaren versoepeld, in de hoop dit imago af te schudden en een aantrekkelijkere bestemming te worden voor internationale bedrijven.
Hoewel Modi buitenlandse bedrijven graag naar zijn land ziet komen, wil zijn regering tegelijkertijd dat het land zelfvoorzienend wordt.
De twee doelen hoeven niet met elkaar in strijd te zijn, maar het Indiase streven naar autonomie betekent wel dat buitenlandse bedrijven die zaken doen in India, te maken krijgen met een complexe omgeving.
"Internationale exporteurs worden met hoge belastingen en accijnzen onder druk gezet om hun producten lokaal te gaan produceren, vooral als vergelijkbare goederen nog niet in India worden geproduceerd," schrijft de US International Trade Administration in een overzicht van de Indiase markt.
"De Indiase regering heeft meerdere malen de importtarieven en andere belastingen verhoogd om binnenlandse leveranciers in de meeste sectoren te beschermen en de binnenlandse productie te ondersteunen", aldus de International Trade Administration.
2. India hanteert hoge invoertarieven
Van alle grote economieën ter wereld behoren de invoerrechten in India tot de hoogste ter wereld.
De gemiddelde Indiase importtarieven liggen rond de 30 procent, dat is een stuk hoger dan de maximaal 17 procent die je in Nederland betaalt. Voor luxe goederen, zoals geïmporteerde auto's, kunnen de invoerrechten zelfs oplopen tot wel 70 procent.
CEO Elon Musk van Tesla was daarom, voordat hij Modi deze maand ontmoette, al aan het lobbyen bij de Indiase regering om de invoerrechten op elektrische auto's te verlagen. Alleen dan wil de automaker de stap naar de Indiase markt wagen.
In een tweet in 2021 schreef Musk dat de invoerrechten in India "verreweg de hoogste ter wereld zijn!".
Maar gelet op de grootte van de Indiase markt wil Tesla het land niet links laten liggen en hoopt het een deal met de regering te kunnen sluiten. "Ik heb er alle vertrouwen in dat Tesla in India verkocht zal gaan worden en wel zo snel als menselijkerwijs mogelijk is", zei Musk na zijn ontmoeting met de Indiase minister-president.
3. De Indiase bureaucratie is berucht
Als grote economie met een jonge bevolking heeft India het potentieel om een grootmacht in de productiesector te worden. Maar het Zuid-Aziatische land is ook berucht om zijn bureaucratie en administratieve rompslomp.
“Ze zeggen dat de situatie qua bureaucratie al flink verbeterd is in India, maar je moet nog altijd een hoop geduld hebben. We kregen de raarste verzoeken van de Indiase instanties, waar wij als multinational gewoonweg niet aan konden voldoen. Ze vroegen ons bijvoorbeeld naar een kopie van het paspoort van onze grootste aandeelhouder. Dat is in ons geval Warren Buffet”, vertelde Karel de Waal, senior sales manager bij het Nederlandse bedrijf Meyn, het grootste kippenvleesverwerkingsbedrijf ter wereld, in een blog over zakendoen in India.
Sinds 2003 houdt de Wereldbank jaarlijks een ranglijst bij waarin alle landen wereldwijd worden beoordeeld op het gemak om zaken te doen in het land: The Ease of Doing Business Rankings. In 2019 - het meest recente jaar dat de index werd opgesteld - eindigde India op de 63e plaats. Dat is nog steeds achter China, dat in 2019 op de 31e plaats stond, maar een gigantische verbetering ten opzichte van een paar jaar eerder. In 2014 stond India namelijk nog op de 142e plaats.
4. Indiase deelstaten hebben veel politieke invloed
India is de grootste democratie ter wereld, dus de besluitvorming kan ingewikkeld zijn.
"In een federaal systeem zijn macht en besluitvorming gedecentraliseerd in India, met verschillen op deelstaatniveau in politiek leiderschap, kwaliteit van bestuur, regelgeving, belastingen en arbeidsverhoudingen", schrijf het Amerikaanse handelsagentschap ITA in een artikel over de uitdagingen van zakendoen in India.
In China lopen bedrijven ook tegen problemen aan met naleving en licenties, maar in India kan het oplossen van dit soort problemen veel langer duren, omdat er nu eenmaal meerdere overheidslagen bij betrokken kunnen zijn.
Zakelijke expansie in India vereist daarom een langetermijnplanning en het ontwikkelen van verkoop- en marketingstrategieën voor de verschillende deelstaten.
5. Grote, Indiase zakenfamilies hebben een fors deel van de economie in handen en dat geven ze niet zomaar op
India kent als grote, opkomende markt al een flink aantal zeer invloedrijke Indiase magnaten, die hun zakenimperia hebben weten op te bouwen op basis van de enorme consumentenmarkt. Het is onwaarschijnlijk dat deze families hun zakelijke imperia zonder slag of stoot zullen prijsgeven aan geïnteresseerde internationale bedrijven.
Zelfs de rijkste persoon ter wereld Musk, die de internet-satellietdienst Starlink graag in India wilde lanceren, moet het opnemen tegen sterke concurrentie in de vorm van miljardair Mukesh Ambani, die aan het hoofd staat van het megaconglomeraat Reliance Industries.
Ruimtevaartbedrijf SpaceX, dat eigenaar is van Starlink, en Reliance verschillen bijvoorbeeld van mening over hoe het satellietbreedbandspectrum door de Indiase overheid moet worden verdeeld, meldde persbureau Reuters. Het is zeker niet gezegd dat Musk hierbij aan het langste eind trekt.