Twee jaar geleden stierven in het zuidoosten van Noorwegen in één klap 323 rendieren, nadat ze door de bliksem werden geraakt.
De meeste dieren lagen bovenop elkaar op een afgelegen bergplateau toen ze werden gevonden. De Noorse autoriteiten zeiden nog nooit zoiets te hebben gezien.
De hoofden van de rendieren werden meegenomen om ze te onderzoeken op ziektes, maar de karkassen van de rendieren bleven achter in het bergachtige gebied.
Die lijken nu te zorgen voor een grotere diversiteit aan planten, wijst onderzoek van Biology Letters uit. Dit komt omdat aaseters hun uitwerpselen vol zaden dicht bij de dode beesten droppen.
Sam Steyaert, onderzoeker aan de Milieu- en Biowetenschappelijke Universiteit van Noorwegen, en zijn team hebben een veldlaboratorium opgezet in de bergregio. Zo ontdekten ze dat de uitwerpselen van vogels en vossen zich concentreerden rond de geraamtes van de rendieren. Ze hebben ook wolven en adelaars gespot en soms vastgelegd op camera.
Zaden van kraaihei
Honderden raven en kraaien - de meest dominante aaseters - lieten ook uitwerpselen achter bij de karkassen. Die bevatten grotendeels zaden van kraaihei. De wetenschappers ontdekten dat die zaden zich tot nieuwe struiken konden ontwikkelen.
Kraaihei speelt een cruciale rol in de alpine toendra en heeft een onevenredig grote impact op de biodiversiteit, deels omdat het een belangrijke bron van voedsel is. De struik doet het goed op kale maar voedselrijke grond. De overblijfselen van de rendieren zorgen voor de juiste condities.
Uit het onderzoek bleek dat alle planten rond de karkassen van de rendieren dood gingen, na de plotselinge veranderingen van de zuurgraad van de bodem en de hoeveelheid voedingsstoffen.
Het stuk grond werd een "eiland van ontbinding" en dat zorgde ervoor dat er planten konden groeien die zich daar normaal niet kunnen ontwikkelen. Dat kan zorgen voor een toename van de genetische diversiteit in het gebied.
Steyaert en zijn team verwachten dat er nog meer verschillende soorten planten zullen groeien rondom de overblijfselen van de rendieren, aangezien de aaseters blijven terugkomen en er hun uitwerpselen achterlaten.