- Na de val van het kabinet Rutte IV vanwege het asielbeleid afgelopen vrijdag, zijn politici meteen op de campagnemodus overgeschakeld.
- Dat betekent dat je kunt verwachten, dat er meer dan normaal selectief wordt gestrooid met cijfers.
- Business Insider zet de uitspraak van VVD-prominent Henk Kamp over de “400.000 immigranten” in 2022 af tegen de migratiecijfers van het CBS.
- Lees ook: Nederland moet wellicht aan een gedoogkabinet, minderheidskabinet of zakenkabinet na de val van Rutte IV: politieke versnippering is extreem
Het kabinet Rutte IV was amper gevallen op vrijdagavond 7 juli 2023, of politici van diverse partijen schakelden moeiteloos over op de campagnemodus. Dat betekent ook dat je meteen extra moet opletten bij cijfers die worden genoemd, zoals het immigratiegetal waarmee VVD-prominent en voormalig minister Henk Kamp op de proppen kwam.
Kamp ging vrijdag bij het programma Nieuwsuur in op de netelige kwestie van het asielbeleid, dat het finale struikelblok bleek voor het kabinet Rutte IV. Daarbij zei de oud-minister:
“Iedereen heeft toch wel door dat waar er vorig jaar 400.000 mensen als immigranten naar Nederland kwamen, dat is meer dan er in Utrecht wonen, de helft van de bevolking van Amsterdam… ja, dat kan zo niet. We moeten die immigratie onder controle krijgen.”
400.000 immigranten in één jaar! Dat klinkt behoorlijk heftig. Maar wat zegt zo’n cijfer? Business Insider sloeg cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) erop na en dat leverde de volgende bevindingen op.
1) 2022...het jaar van de Oekraïne-oorlog
Om te beginnen: de context. In het jaaroverzicht van de migratiecijfers van 2022 schreef het CBS begin juli. "In 2022 kwamen 403 duizend immigranten naar Nederland, 151 duizend meer dan een jaar eerder. Daarmee is de migratie voor het eerst weer hoger dan in 2019, het laatste jaar voor de coronapandemie. Een groot deel van deze toename hangt samen met de oorlog in Oekraïne."
Om precies te zijn: "Ruim 108 duizend mensen kwamen in 2022 naar Nederland door gebruik te maken van de richtlijn tijdelijke bescherming vanwege de oorlog in Oekraïne", meldde het CBS.
Anders gezegd: van de toename van het aantal immigranten in 2022 met 151 duizend vergeleken met een jaar eerder, kan ruim 70 procent worden toegeschreven aan de exceptionele situatie rond de oorlog in Oekraïne.
Dus: het immigratiecijfer van 2022 dat Kamp noemde, is correct. Alleen vergat hij er in Nieuwsuur voor het gemak bij te zeggen dat we in 2022 met een wel heel exceptioneel jaar te maken hadden. Dat is goed te zien in de onderstaande grafiek van het CBS.
2) Groot verschil tussen immigratiecijfer en (netto) migratiecijfer
Een tweede punt dat Kamp handig wegliet in de uitzending van Nieuwsuur, is dat de 403 duizend immigranten van afgelopen jaar een bruto cijfer betreft. Er kwamen immers niet alleen ruim 400.000 immigranten naar Nederland, er vertrokken in 2022 ook ruim 175.000 mensen.
Dat is niet onbelangrijk. Als het gaat om zaken als druk op de woningmarkt, onderwijs, zorg en sociale verzekeringen, is het migratiesaldo, ofwel het verschil tussen immigratie en emigratie, immers het meest relevant.
Volgens de cijfers van het CBS lag het migratiesaldo in 2022 op 228 duizend, dus dat geeft al een wat ander beeld dan alleen het noemen van het immigratiecijfer.
3) Trend van het migratiecijfer wel sterk stijgend sinds 2014
Het feit dat het migratiesaldo fors lager ligt dan het immigratiecijfer neemt niet weg dat sinds 2014 een trend zichtbaar is, waarbij een jaarlijks migratiesaldo van aanvankelijk vrijwel nul is omgeslagen in een structureel positief migratiesaldo.
Zoals gezegd kun je 2022 vanwege de Oekraïne-oorlog als een uitzonderlijk jaar beschouwen, maar in de onderstaande grafiek is de lichtgroene lijn van het migratiesaldo duidelijk stijgend in de afgelopen acht jaar.
In de pre-corona jaren 2018 en 2019 lag het migratiesaldo bijvoorbeeld op 86.000 en 108.000. Aangezien de binnenlandse bevolkingsaanwas in Nederland steeds meer stagneert, is dit migratiesaldo een drijvende kracht achter de bevolkingsgroei.
Als bijvoorbeeld een positief migratiesaldo van 100.000 mensen per jaar de norm wordt, gaat het binnen tien jaar om een miljoen mensen. Dat legt uiteraard extra druk op tal van binnenlandse voorzieningen in Nederland. Alleen heb je het dan niet over een 'half Amsterdam' per jaar erbij, maar bijvoorbeeld jaarlijks 'een Delft erbij'.
4) Gezin belangrijke component van immigratie van buiten de EU
Tot slot: het breekpunt van het kabinet Rutte IV lag bij onenigheid over afspraken rond gezinshereniging. Uit de cijfers van het CBS blijkt dat dit geen triviaal punt is, zeker wat betreft de immigratie die van buiten de Europese Unie komt.
Als je kijkt naar de cijfers uit 2021, die wat meer in lijn liggen met de trend van de afgelopen jaren dan 2022, dan maakt het CBS wat betreft de motivatie voor immigratie een geografisch onderscheid tussen mensen die uit de EU en EFTA-landen komen (Noorwegen, IJsland, Zwitserland en Liechtenstein) en degenen die van buiten de EU en EFTA-landen komen.
Onderstaande grafiek geeft een uitsplitsing van de reden voor migratie naar Nederland van immigranten uit de EU/EFTA-landen, onderverdeeld in 'arbeid', 'gezin', 'studie' en 'overig'.
Te zien is dat arbeidsmigratie in 2021 met bijna 40.000 immigranten de belangrijkste trekker was voor immigranten die vanuit andere EU-landen en de EFTA-landen kwamen.
'Gezin' staat hier op de tweede plaats met een totaal van bijna 30.000 mensen. Dit slaat overigens niet alleen op gezinshereniging, maar ook op gezinsvorming (trouwen/samenwonen).
Studenten uit de EU-EFTA-landen vormden in 2021 ook een flinke categorie met ruim 20.000.
Gezin belangrijkste reden voor immigratie van buiten de EU
Wat betreft immigranten die van buiten de EU/EFTA-landen komen, ziet het plaatje er net wat anders uit.
In 2021 vormde gezin (trouwen/samenwonen/aansluiten bij familieleden) de belangrijkste categorie wat betreft de aantallen immigranten van buiten de EU/EFTA-landen, met een totaal van bijna 30.000 immigranten. Deze categorie was dat jaar zelfs groter dan het aantal asielzoekers van iets meer dan 20.000.
Studenten van buiten de EU/EFTA-landen kwamen in 2021 op de derde plaats met bijna 18.500. Dat was nog net iets meer dan de ruim 18.000 arbeidsmigranten van buiten Europa.
Concluderend kun je stellen dat alleen spreken over het immigratiecijfer van ruim 400.000 uit 2022 een vertekend beeld geeft van de onderliggende trends. Die trends tonen echter wel degelijk een structurele stijging van het migratiesaldo in de afgelopen acht jaar, waarbij immigratie van buiten de EU/EFTA-landen in niet geringe mate wordt gedreven door motieven van gezinsvorming en -hereniging. Een maatschappelijk vraagstuk waar de politiek iets mee moet.