- Hypotheekrentes zijn nog altijd extreem laag, maar dat betekent niet dat er voor huiseigenaren niets te kiezen valt.
- Veel huiseigenaren kiezen voor een lange rentevaste periode, waarbij 20 jaar vast het populairst is.
- Business Insider laat zien hoe het zit met de hypotheekrentes voor verschillende looptijden, van 1 jaar vast tot 30 jaar vast.
Hypotheekrentes zijn nog altijd extreem laag, maar dat betekent niet dat er voor huiseigenaren niets te kiezen valt. Een van de belangrijke keuzes hierbij is de rentevaste periode.
De combinatie de huidige lage hypotheekrente en de verwachting dat de hypotheekrente iets kan gaan stijgen, leidt al een tijdje tot een overweldigende voorkeur van huiseigenaren voor langere rentevaste perioden.
Lees ook: Zo hard stijgen je maandlasten, als de hypotheekrente klimt naar 2%, 3%, 4%, 5% of zelfs 6%
Uit data van HDN, een aanbieder van hypotheeksoftware, blijkt dat liefst 57 procent van de recente hypotheekaanvragen gepaard gaat met een rentevaste periode van 20 jaar. Daarna volgen 10 jaar vast (ruim 17 procent marktaandeel) en 30 jaar vast (ruim 16 procent) marktaandeel.
De voorkeur voor langere rentevaste perioden hangt samen met een aantal zaken: je hebt voor een langere periode zekerheid over de maandlasten en als de rente gaat stijgen ben je daar voor langere tijd tegen ingedekt.
Toch hoeft een lange rentevaste periode niet altijd de meest logische keuze te zijn. Hypotheken worden vaak voor dertig jaar afgesloten. Als je bijvoorbeeld in het verleden de rente voor 20 jaar hebt vastgezet en je moet een nieuw rentevaste periode kiezen, dan zit je met de resterende looptijd van de hypotheek vast aan een rentevaste periode van maximaal 10 jaar.
Ook is het de vraag of je een lange rentevaste periode altijd kunt meenemen, als je bijvoorbeeld tussentijds verhuist en de hypotheek oversluit. Dit kan verschillen per geldverstrekker.
Mocht het lastig zijn om een lange rentevaste periode op de huidige hypotheek bij verhuizing mee te nemen en je wilt binnen twee of drie jaar verhuizen, dan zou je tussentijds ook voor een kortere rentevaste periode kunnen kiezen.
Hypotheekrente per looptijd
Interessant is om te kijken naar de rentestructuur van de hypotheekmarkt. We hebben dit in de onderstaande grafiek gedaan door op basis van data van de site actuelerentestanden.nl de laagste hypotheekrentes te nemen voor een annuïteitenhypotheek en die per rentevaste periode te noteren.
In de onderstaande grafiek zijn de laagste hypotheekrentes per looptijd gegeven voor NHG-hypotheken en voor hypotheken waarbij de hoogte van de hypotheek gelijk is aan de woningwaarde (100 procent marktwaarde).
Bij NHG-hypotheken sluit je een verzekering af die ervoor zorgt dat je onder voorwaarden gedekt bent, als je een restschuld door financiële problemen niet kunt afbetalen. Dit verkleint het risico voor geldverstrekkers, waardoor ze vaak een wat lagere hypotheekrente bieden.
Voor NHG-hypotheken geldt wel dat er een maximumgrens is van 325.000 euro in 2021.
Niet-NHG-hypotheken kennen een risico-opslag. Die is hoger als de omvang van de hypotheekschuld hoger is in verhouding tot de woningwaarde. Voor tophypotheken (100 procent van de woningwaarde) geldt dus een relatief forse risico-opslag.
In de bovenstaande grafiek is duidelijk te zien dat bijvoorbeeld de goedkoopste 20-jaars rente mét NHG (1,19 procent) ruim een half procentpunt lager ligt vergeleken met de 20-jaars rente van een tophypotheek.
Wat verder opvalt is dat hypotheekrentes met een rentevaste periode van 1 tot 10 jaar relatief dicht bij elkaar zitten. Bij NHG-hypotheken is het verschil tussen 1 jaar vast en 10 jaar vast slechts 0,16 procentpunt; bij tophypotheken is dit 0,14 procentpunt.
Grotere sprongen in de renteniveaus vind je vooral tussen de looptijd van 10 en 20 jaar vast. Bij NHG-hypotheken is het verschil 0,33 procentpunt en bij tophypotheken 0,44 procentpunt.
Tot slot is het verschil tussen 20 en 30 jaar vast weer iets kleiner. Voor zowel NHG-hypotheken als tophypotheken gaat het om ongeveer 0,2 procentpunt.
[activecampaign form=24]