In de jaren na de kredietcrisis van 2008 en de flinke dip op de huizenmarkt die volgde, hebben huiseigenaren massaal ingezet op extra aflossen op hypotheken. Vanwege de lage spaarrentes is extra aflossen nog steeds populair. Dit heeft wel voor een lagere consumptie gezorgd.
Dat meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
De uitgaven van huishoudens aan spullen en diensten zijn de afgelopen jaren achtergebleven bij de economische groei als geheel. Volgens het statistiekbureau komt dat vooral doordat er meer wordt uitgegeven aan aflossing van hypotheken door een verandering van de hypotheekregels.
Tussen 2008 en 2018 steeg het bruto binnenlands product (bbp) met 9,3 procent. De consumptie liep in dezelfde periode op met 5,7 procent op.
Het aflossen van hypotheken kwam vooral na 2013 in een stroomversnelling, aldus het statistiekbureau. Sinds dat jaar is de hypotheekrenteaftrek beperkt, en is het vrijwel onmogelijk nog een aflossingsvrije hypotheek af te sluiten. Ook stimuleringsmaatregelen van banken droegen bij aan meer aflossingen.
Lage consumptie ligt niet aan loongroei
De beperkte consumptiegroei heeft volgens het CBS niet te maken met de beperkte loongroei. Nederlanders zijn na 2013 steeds meer uren gaan werken, waardoor hun beschikbare inkomen minstens even hard steeg aan als het bbp.
In onderstaande grafiek is te zien dat de groei van de consumptie van huishoudens in de periode van 2009 tot en met 2013 vlak is geweest of zelfs is afgenomen. Daarna is wel sprake van een stijgende consumptie, maar die is de afgelopen drie jaar steeds minder groot geweest dan de toenamen van het nationaal inkomen.