Hudson’s Bay vertrekt voor het einde van het jaar uit Nederland. De warenhuisketen maakt dat momenteel bekend aan zijn personeel, aldus ingewijden. Hudson’s Bay heeft vijftien winkels in Nederland, er werken circa 1400 medewerkers.
De filialen, webshop en het hoofdkantoor worden “op of voor 31 december gesloten”, aldus een verklaring. Het bedrijf heeft de afgelopen tijd “intensief samengewerkt met de ondernemingsraad en de bonden over een sociaal plan”. Daarover is overeenstemming bereikt.
Donderdag waren de filialen van Hudson’s Bay gesloten. Op de deur van winkels in onder meer Amsterdam en Haarlem hing een brief met de tekst: Wegens een technische storing is onze winkel vandaag, 19 september, gesloten.
Het Financieele Dagblad meldde eind vorige maand op basis van documenten al dat het bedrijf zou vertrekken uit Nederland. CNV Vakmensen bevestigde vervolgens dat er een collectief ontslag was aangevraagd voor de ruim 1.400 personeelsleden, maar het bestuur van de Canadese warenhusiketen ontkende dat er een definitieve beslissing was genomen.
In het tweede kwartaal kwam het verlies van Hudson’s Bay in Europa uit op 69 miljoen Canadese dollar, omgerekend 47,5 miljoen euro. Specifieke cijfers over Nederland wilde het bestuur niet geven. “Dat splitsen we nooit uit.”
Maar het gaat al lange tijd niet goed met Hudson’s Bay in Nederland. Bij het bedrijf werd in juni een financieel adviseur ingehuurd om de opties voor de vijftien winkels in Nederland te bekijken omdat er niet naar verwachting wordt gepresteerd. Daarbij gaf Hudson’s Bay aan mogelijk winkels te gaan sluiten. Inmiddels is dus gekozen voor een volledig vertrek uit Nederland.
'Waarom moesten we naar Hudson's Bay?'
Retail- en merkendeskundige Paul Moers gaf eerder al aan dat hij begrijpt dat Hudson's Bay het niet goed doet in Nederland. “Waarom moesten we naar Hudson’s Bay? Het bedrijf heeft dat nooit duidelijk gemaakt”, zegt Moers. “We weten bijvoorbeeld allemaal waarom we naar de Ikea gaan. Maar Hudson’s Bay heeft geen moeite genomen om het merk in Nederland neer te zetten. Dat is een enorme misser geweest.”
Volgens Moers heeft het warenhuis in de beginfase ook niks extra’s gedaan om mensen naar de winkels te trekken. “In Canada heb ik in de Hudson’s Bay aanbiedingen van kwaliteitsspul gezien tegen goede prijzen. Dan lok je mensen wel mee naar binnen. Maar dat is hier niet gebeurd. Ook heeft Hudson’s Bay geen icoon, zoals bijvoorbeeld de tompouce of worst bij de HEMA.”
Ook in de contacten met de klanten heeft het bedrijf volgens Moers steken laten vallen. “Op social media kregen mensen met vragen het verzoek om in het Frans of Engels te reageren. Dat is toch te triest voor woorden. Ook de service in de winkels liet te wensen over. Zo’n 40 procent van het personeel was bevlogen en fanatiek, maar het andere deel maakte er een puinhoop van.”
Hudson’s Bay had in de ogen van Moers zeker potentie met mooi ingerichte winkels en grote paskamers. “Maar uiteindelijk zaten ze qua prijzen ook te dicht tegen de Bijenkorf aan. Er is veel geld geïnvesteerd, maar ze hebben fout op fout gestapeld. Het is doodzonde, want dit slaat weer een enorm gat in de winkelstraten. Zulke grote panden krijg je niet makkelijk meer gevuld.”