Sparen heeft in Nederland geen zin vanwege de extreem lage spaarrente. Is het elders ook zo erg of zijn er landen waar sparen nog wel iets oplevert? Z24-columnist Paul van der Kwast vergelijkt de spaarrentes in diverse landen.
Belgische spaarders komen er net zo bekaaid vanaf als wij, zo leert een blik op de site deposits.org. Deze website geeft een overzicht van de spaar- en depositorentes in alle landen.
In Duitsland ligt de gemiddelde rentevergoeding zelfs nog iets lager dan hier, en een Duitse bank maakte onlangs bekend op sommige spaartegoeden een negatieve rente te vergoeden.
Opvallend is overigens dat in beide buurlanden Nederlandse banken als ABN Amro-dochter Moneyou, de Rabobank en NIBC bovenaan staan met hun rentevergoeding. Maar zoals gezegd, het is niet meer dan wat je in Nederland kunt krijgen.
Spaarrentes binnen de eurozone
De hoogste rente binnen de eurozone bieden Ierse en Griekse banken. De Bank of Chania (Kreta) en de Bank of Epirus bieden 2,4 procent voor een deposito van één tot drie maanden. Je hebt dan in theorie nul koersrisico, maar de kans dat Griekenland alsnog uit de eurozone vertrekt en de drachme weer invoert, is gezien de naderende verkiezingen opeens weer een actueel thema.
In Ierland biedt de internetdochter van de Rabobank, RaboDirect, 1,95 procent, maar daar heb je als Nederlander niets aan. Je moet namelijk ingezetene van Ierland zijn om een rekening te kunnen openen.
Zwitserland een optie?
Buiten de eurozone dan. In het voormalige belastingparadijs Zwitserland mag je al blij zijn met 0,1 tot 0,3 procent rente. Wel in keiharde Zwitserse franken, maar dat ‘hard’ is betrekkelijk sinds de Zwitserse centrale bank haar enorme valutareserves inzet om te voorkomen dat de frank tegenover de euro in waarde stijgt.
Een dure frank schaadt namelijk de exportpositie van de Alpenrepubliek. Spaarders in franken kopen dus eigenlijk een munt die wel in waarde kan dalen, maar niet kan stijgen.
Noorwegen dan maar?
In Noorwegen bieden banken wel een prima rente. De 3,5 procent die de Vik Sparebank biedt is alleen toegankelijk voor ingezetenen van Noorwegen en daarvoor gelden ook bepaalde fiscale regels. Normale spaarrekeningen die ook toegankelijk zijn voor buitenlanders bieden ongeveer 2,0 procent. En dan investeer je ook nog eens in de munt van één van de rijkste landen ter wereld.
Helaas is dat laatst geen garantie voor een stabiele munt, want de Noorse kroon is sinds deze zomer 13 procent minder waard geworden tegenover de euro. Dat komt doordat de Noorse economie een olie-economie is en de kroon een petromunt. Niet doen dus.
Opvolger Landsbanki
De andere Scandinavische kandidaten met een eigen munt vallen ook af. In Denemarken en Zweden is de rente net zo laag als in Nederland. Uitzondering is IJsland. Daar krijg je maar liefst 4,5 procent op een 3-maands deposito en 6,5 als je je IJslandse kronen 5 jaar vastzet.
Maar afgezien van het valutarisico is hier nog een aandachtspuntje. Bovenstaande lucratieve deposito’s zijn te openen bij ‘s lands grootste bank Landsbankinn, de juridische opvolger van het ook in Nederland bekende Landsbanki. Dat gaat ‘m vast niet worden.
Elders hoge risico's
Nog hogere rentes, tot bijna 20 procent, bieden banken in Rusland en Oekraïne. Maar goed, daar is een reden voor. Daar loop je haast alle denkbare risico’s, van een zeer instabiele munt tot een onbetrouwbare overheid die misschien zomaar besluit alle tegoeden van buitenlanders te bevriezen of zelfs te onteigenen.
Buiten Europa is het valutarisico nog groter, al zijn de rentes soms zeer aantrekkelijk. Van een procent of 8 in het relatief stabiele en betrouwbare Zuid-Afrika tot 25 procent in Argentinië. Maar het moge duidelijk zijn dat je dan niet langer het risicomijdende profiel van een spaarder hebt, maar dat van een speculant.
Vergeet zwartsparen
Tenslotte nog een opmerking voor wie de lage rente wil compenseren door de vermogensrendementsheffing van 1,2 procent te ontduiken: vergeet zwartsparen.
Een schimmige spaarrekening in Luxemburg, in Zwitserland of op Jersey biedt niet langer bescherming tegen de lange arm van de fiscus. Europese belastingparadijzen geven tegenwoordig gegevens over Nederlandse spaarders door aan de Belastingdienst.
Paul van der Kwast is financieel planner en journalist. Voor Z24 schrijft hij tweewekelijks een column over personal finance.
Oeps! We konden je formulier niet vinden.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl