Nederlandse banken moeten hogere financiële buffers aanhouden dan volgens de Europese regels nodig is, als het aan de Tweede Kamer ligt.

Een ruime Kamermeerderheid van PvdA, D66, CDA, SP en GroenLinks wil dat banken hun buffers nog verder verhogen.

Dat bleek donderdag in een Kamerdebat over de kabinetsvisie op de Nederlandse financiële sector.

De voorstanders van hogere kapitaalseisen sluiten zich aan bij het standpunt van minister Jeroen Dijsselbloem van Financiën, die de minimale buffers wil verhogen van 3 naar 4 procent. Regeringspartij de VVD is daar fel tegen, maar krijgt dus onvoldoende steun in de Kamer.

Verhouding eigen vermogen en uitgeleend geld

Dijsselbloem wil de verhouding tussen het eigen vermogen en het uitgeleende geld (de zogeheten leverage ratio) verhogen naar 4 procent, waar die nu in Europees verband op 3 procent is afgesproken. Sommige wetenschappers pleiten voor kapitaalbuffers oplopend tot 20 procent.

De VVD is bang dat Nederlandse banken met hogere buffers moeilijker kunnen concurreren met andere banken in Europa en dat door een hogere buffer de kredietverlening aan burgers en bedrijven in Nederland nog verder onder druk komt te staan. ,,Niet nu en zeker niet eenzijdig van 3 naar 4 procent'', zei VVD-Kamerlid Aukje de Vries.

Stootkussen voor banken

Maar de voorstanders zijn het niet eens met haar analyse. Henk Nijboer (PvdA) sprak van de 'mythe' dat de hogere buffer de kredietverlening beperkt. Hogere kapitaaleisen zijn ,,superbelangrijk'' voor de stabiliteit in de financiële sector, aldus Nijboer. De verhoging naar 4 procent is wat hem betreft nog maar een eerste stap.

Datzelfde vindt ook Wouter Koolmees (D66). Hij noemt de 4 procent echter 'nattevingerwerk' en vroeg Dijsselbloem een onderzoek in te stellen naar de ideale hoogte van de buffer.

Dijsselbloem heeft eerder wel eens gezegd dat ook een buffer van 9 procent voor banken als ABN Amro, ING, Rabobank en SNS Reaal eigenlijk niet hoog genoeg is.

Een grote buffer moet de ,,eerste reddingsboei'' zijn voor een bank die in de problemen komt, en voorkomen dat de staat weer moet bijspringen, zoals eerder bij ABN, ING en SNS. Maar voorlopig zet het kabinet in op 4 procent, een percentage dat door de meeste Nederlandse banken overigens al (bijna) wordt gehaald.

Te veel regels voor banken?

Los van de discussie over de financiële slagkracht van banken, komt er waarschijnlijk een onderzoek naar mogelijke overregulering in de Nederlandse financiële sector. Minister Jeroen Dijsselbloem van Financiën gaat adviescollege Actal vragen daarnaar te kijken. Hij komt daarmee tegemoet aan een wens van de VVD in de Tweede Kamer.

Dijsselbloem zei in een Kamerdebat dat ook hij uit de sector geluiden hoort over een teveel aan regels en administratieve rompslomp voor banken. Actal gaat dat objectief bekijken en daarbij is het volgens Dijsselbloem ook aan de sector ,,om aan te tonen waar we ineffectief zijn of aan overkill doorschieten''.

VVD-Kamerlid Aukje de Vries had ervoor gepleit dat banken maatwerk kunnen leveren en niet alleen maar regellijstjes hoeven af te vinken.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl