Het botert niet echt de laatste tijd tussen Nederlandse topfunctionarissen en de Europese Centrale Bank (ECB). President Klaas Knot van De Nederlandsche Bank (DNB) vindt dat de ECB ten onrechte rentes omlaag duwt. En minister Wopke Hoekstra heeft ook een appeltje te schillen met de nieuwe president van de ECB, Christine Lagarde.
Hoekstra liet woensdag in de Tweede Kamer weten Lagardes verwijt dat Nederland te weinig uitgeeft niet te waarderen. Hij gaf donderdag aan in de marge van de eurogroep in Brussel gesproken met de nieuwe voorzitter van de Europese Centrale Bank. Daarbij is ook afgesproken dat de twee verder zullen praten.
Lagarde leverde afgelopen week op de Franse radio kritiek op het zuinige Nederlandse begrotingsbeleid, twee dagen voor ze als topvrouw aantrad bij de ECB in Frankfurt. Dat was volgens Hoekstra niet toevallig. Een ECB-voorzitter wordt niet geacht een euroland publiekelijk op de vingers tikken.
In haar vorige functie als IMF-baas heeft ze meerdere keren Duitsland en Nederland bekritiseerd over hun begrotingsoverschotten maar “nu heeft zij een heel andere rol”, aldus de CDA-bewindsman.
Hoekstra kritisch op uitspraken Lagarde over Nederland
Hoekstra wilde niet zeggen waar het gesprek over ging of waar en wanneer hij verder met de Française praat. In de Kamer suggereerde hij dat Lagarde onvoldoende op de hoogte is van de investeringsinspanningen die Nederland doet en in petto heeft. Ook wees hij erop dat Nederland zich keurig aan de begrotingsregels houdt.
In de eurozone bestaat er flinke spanning tussen het monetaire beleid en het begrotingsbeleid. De ECB heeft, onder aanvoering van zuidelijke eurolanden, besloten om de geldkraan weer verder open te zetten. De reden hiervoor is dat de gemiddelde inflatie in de eurozone erg laag is. Maar dat geldt niet voor Nederland.
Het goedkoopgeldbeleid van de ECB is bedoeld om de economie en de inflatie een zetje te geven, maar past eigenlijk niet bij de situatie van noordelijke eurolanden zoals Nederland en Duitsland. Die zien door de extreem lage rentes van de ECB dat spaarders bijna geen rente meer krijgen en dat pensioenfondsen in de problemen komen.
DNB-president Knot heeft openlijk kritiek geleverd op de beslissing van de meerderheid van zijn collega’s om de geldkraan van de ECB verder op te zetten en rentes kunstmatig omlaag te duwen.
Aan de andere kant is er een stevige discussie over het begrotingsbeleid in landen met een begrotingsoverschot. Vooral Duitsland, waar bijvoorbeeld de infrastructuur van wegen, treinen en internet een flinke impuls kan gebruiken, wordt verweten veel te weinig te investeren. Dit terwijl Duitsland een begrotingsoverschot heeft en ultragoedkoop kan lenen.
Als de Duitse overheid de economie, die op de rand van een recessie verkeert, een impuls geeft met extra investeringen, kan dat voor heel Europa gunstig uitpakken.