Heineken had in het eerste kwartaal niet alleen last van de slechte economische omstandigheden in Europa en het koude weer, maar kreeg ook te maken met tegenvallende ontwikkelingen in andere regio’s. Zo was er sprake van een hoge inflatie in Nigeria en vielen ook de verkopen in Mexico tegen. In Frankrijk ging de accijns op bier sterk omhoog en in Zuid-Europa regende het in maart flink. Bovendien was de vergelijkingsbasis met het eerste kwartaal van 2012 moeilijk.

Azië vormde een lichtpuntje, vooral omdat het in 2012 overgenomen drankenconcern ABP sterke groei liet zien. ABP zorgde ook voor een forse groei van de omzet (met 8,1 procent tot 4,15 miljard euro), maar op autonome basis daalde de omzet voor het totale bierconcern met 2,7 procent. Ook het biervolume daalde met 2,7 procent op autonome basis, tot 46,7 miljoen hectoliter. Zelfs de verkopen van het Heineken-merk daalden met 4,7 procent.

Winst

De nettowinst kwam uit op 227 miljoen euro, tegen 166 miljoen euro in het eerste kwartaal van 2012. Het bedrijfsresultaat (ebit beia), waar Heineken in het eerste kwartaal geen exacte cijfers over verstrekt, ging met circa 15 procent omhoog, maar liet op autonome basis een daling zien van rond de 5 procent.

Financieel topman René Hooft Graafland benadrukte in een toelichting dat heel 2013 anders zal verlopen dan het eerste kwartaal. De eerste maanden van het jaar dragen traditioneel minder bij aan de totale winst en verkopen.

Volumedalingen

Hooft Graafland zei ook dat de volumedalingen niet te wijten zijn aan een verlies van marktaandeel. Ook is er volgens hem op dit moment geen sprake van een margedaling.

Maar de bestuurder liet wel weten dat de situatie in Europa ook in het tweede kwartaal zorgelijk blijft en dat er in deze regio vooralsnog weinig verbetering te verwachten valt.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl