- De drie noordelijke havenregio’s in Nederland zijn door hun ligging uitermate geschikt als energiehub.
- De havens worden dan een knooppunt voor de energienetwerken van de windmolenparken in de Noordzee en een hub voor de productie, opslag en omzetting van waterstof.
- Samenwerking tussen de gebieden kan hierbij een besparing opleveren van wel 300 miljoen euro per jaar.
De ‘noordelijke havens’ van Groningen, Den Helder en Amsterdam kunnen zich ontwikkelen tot belangrijke energiehubs in Noordwest-Europa. Dat concluderen de Rijksuniversiteit Groningen, onderzoeksbureau TNO en de New Energy Coalition (NEC) in een rapport over de rol van havens bij de energietranstitie.
Volgens die studie zijn vooral deze drie noordelijke havengebieden uitstekend gepositioneerd om de energieproductie op het continentaal plat door te geven. Er komen grote windmolenparken en de havengebieden zijn dan uitermate geschikt als hub voor het punt waar de productie ‘aan land’ komt.
De elektriciteit die wordt geproduceerd zal voor een deel worden omgezet in waterstof, zogenaamde ‘groene’ waterstof. Ook daarvoor zijn de havengebieden dan uitermate geschikt, als ze zich doorontwikkelen als energiehub.
Andersom zijn de havens ook geschikt als transmissiepunten voor de opslag van CO2, vanwege de relatieve nabijheid van uitgeputte gasreservoirs en bijbehorende platforms en compressiecapaciteiten.
Deze gunstige omstandigheden onderstrepen verder "hun geschiktheid als productiepunten van blauwe waterstof", schrijft men in het rapport. Die omschrijving refereert aan de productie van waterstof via meer traditionele methodes, maar waarbij het vrijgekomen CO2 direct wordt opgeslagen.
Mogelijke waterstofproductie vergelijkbaar met huidig gebruik van aardgas
Volgens de studie kan de gezamenlijke productie van waterstof in de noordelijke havengebieden groeien tot een hoeveelheid die vergelijkbaar is met de omvang van het huidige gebruik van aardgas in de Nederlandse industrie.
Daarvoor moet wel fors worden geïnvesteerd in technologieën die de productie, transport, opslag en verwerking van waterstof uit wind op zee mogelijk maken.
Als hierbij nauw wordt samengewerkt tussen Groningen, Den Helder en Amsterdam zou er flink kunnen worden bespaard op de kosten. De synergievoordelen lopen dat op tot zo'n 300 miljoen euro per jaar.
De havens moeten zich dan toeleggen op de specifieke functies waar ze het meest geschikt voor zijn.
De provincie Groningen is volgens de experts uitermate geschikt als productielocatie voor groene waterstof, door de aanwezigheid van bestaande chemische industrie en grote opslagcapaciteit. Den Helder kan zich ontwikkelen tot hub voor groene en blauwe waterstof vanwege de nabijheid van gasleidingen en offshore windparken.
De haven van Amsterdam speelt al een belangrijke rol bij het transport van vloeibare bulkgoederen. Daarom ziet men voor dat havengebied een rol als belangrijke importhub van waterstof en een industrie voor het omzetten daarvan naar bijvoorbeeld vliegtuigbrandstof,
De Europese Unie heeft als doel om in 2050 vrijwel volledig CO2-neutraal te zijn. Daarvoor moet het energiesysteem snel worden verduurzaamd. De verwachting is dat het gebruik van 'groen' gas voor 2030 niet snel gaat stijgen, tenzij er grootschalig wordt ingezet op waterstof.