De Jamaicaan Usain Bolt kwam zondag 16 augustus als eerste over de meet in de 100-meterfinale. Een dag eerder werd de Amerikaan Christian Cantwell wereldkampioen kogelstoten.
Beiden zijn de beste op aarde in hun discipline. Toch verdient Bolt dit jaar ongeveer 5 miljoen dollar en Cantwell slechts een fractie daarvan. Waar komt dit verschil vandaan?
Het inkomen van een atleet bestaat uit vier pijlers. Ten eerste ontvangen de meeste beroepsatleten een bijdrage van de nationale atletiekbond van hun land. Daarnaast leveren goede prestaties prijzengeld op. Een titel op het WK wordt beloond met 60.000 dollar. Bolt incasseerde ook nog eens 100.000 dollar voor zijn wereldrecord van 9,58 seconden.
Het prijzengeld kan over een heel seizoen genomen aardig oplopen, maar Cantwell en Bolt zullen elkaar daarin niet zoveel ontlopen.
“Voor een atleet als Bolt is het prijzengeld niet belangrijk”, zegt Edgar de Veer van sportmarketingbureau Running Affairs. “Het gaat om de spin-off van de titel. Sponsordeals en startgelden leveren het meeste op.” Organisatoren van wedstrijden betalen vaak grote bedragen om toppers aan de start te krijgen.
Over sponsordeals en startgelden wordt in de atletiek niet graag openlijk gesproken. Het blijft gissen wat atleten precies verdienen. Toch zijn er enkele factoren die bepalen of een atleet wel of niet interessant is voor een sponsor.
“Eerst wordt gekeken naar het atletieknummer”, zegt Louran van Keulen, als adjunct-directeur van de Atletiekunie verantwoordelijk voor de marketing. Er bestaat een groot verschil in prestige tussen atletiekonderdelen. Hierin ligt de voornaamste oorzaak voor het inkomensverschil tussen Cantwell en Bolt.
Loopnummers populairst
Loopnummers hebben over het algemeen meer aanzien dan technische nummers als kogelstoten. De Veer van Running Affairs meent dat dat komt doordat toeschouwers zich beter kunnen inleven in een hardloper. “Bovendien zie je bij loopnummers altijd strijd, omdat meerdere atleten tegelijk meedoen. Dat is moeilijker bij technische nummers waar atleten om de beurt werpen,
slingeren of springen.”
Ook Van Keulen beaamt dat de looponderdelen mensen meer aanspreken. “Kogelslingeren is niet een onderdeel waar je warm of koud van wordt.”
Het onderscheid in status vertaalt zich naar sponsorcontracten. “Loopnummers zijn financieel interessanter dan technische nummers”, zegt De Veer. Grote schoenenfabrikanten als Nike en Adidas contracteren sneller een toploper op een sprintnummer dan de wereldkampioen discuswerpen.
Tussen de loopnummers bestaat ook onderscheid. “De 100 meter is het koningsnummer”, zegt Van Keulen. “Als je dan ook nog uitzonderlijke prestaties levert zoals Bolt, dan kun je redelijk binnen halen.”
Ook toplopers op de weg verdienen goed. “Een langeafstandsloper doet maar één à twee marathons per jaar”, zegt De Veer. “De start- en prijzengelden liggen daarom hoger dan voor baanatleten.”
Paula Radcliffe, wereldrecordhoudster bij de vrouwen op de marathon, ontving 500.000 dollar voor haar deelname aan de marathon van New York in 2004. De winst leverde haar nog eens 140.000 dollar op.
Uitstraling en persoonlijkheid
Toch kunnen ook atleten op minder populaire nummers miljoenendeals tekenen. De uitzonderlijkheid van hun prestatie is volgens Van Keulen daarbij een factor. Maar de uitstraling van een topsporter is minstens zo belangrijk.
“Kijk naar Kenenisa Bekele”, zegt Van Keulen. Bekele is wereldrecordhouder op de 5 en 10 kilometer en drievoudig Olympisch kampioen. “Hij loopt sneller dan zijn grote voorbeeld Haile Gebreselassie, maar heeft minder uitstraling. Dat zie je ongetwijfeld terug in zijn inkomsten.”
Een niet-loper die veel verdient is de polsstokhoogspringster Jelena Isinbajeva. “Het polsstokhoogspringen doet het goed, omdat het spectaculair is”, zegt Van Keulen.
Daarnaast domineert Isinbajeva – behalve dit WK – op dit onderdeel en is ze een mooie verschijning. Begin dit jaar tekende ze een vijfjarig contract met de Chinese sportkledingfabrikant Li Ning. Naar verluidt ontvangt ze 1,5 miljoen dollar per jaar.
Bolt grootverdiener
Hardlopers blijven echter de grootverdieners in de atletiek met Usain Bolt als uitschieter. Dit jaar bedragen zijn inkomsten rond de 5 miljoen dollar. Een contract met Puma levert hem naar verluidt anderhalf miljoen dollar op. Daarnaast sponsoren Gatorade, Texaco en Digicel de Jamaicaan. Zijn startgeld ligt rond de 200.000 dollar.
De inkomsten van Bolt vallen echter in het niet bij die van golfers en tennissers. Golfer Tiger Woods verdiende tussen juni 2008 en juni 2009 110 miljoen dollar.
De Veer wijt het verschil aan de vele onderdelen die atletiek kent. “Je hebt straks 43 wereldkampioenen. De diversiteit die de sport zo mooi maakt, is commercieel gezien ook het grootste nadeel.”