Internetgigant Google stopt met het discrimineren van rivalen als internetgebruikers naar producten en diensten zoeken.
Een woordvoerder van de Europese Commissie bevestigt dat de Amerikaanse onderneming Brussel daarvan op de hoogte heeft gesteld. Het bedrijf heeft tot 28 september om woorden in daden om te zetten.
Google kreeg in juni een recordboete van 2,42 miljard euro van EU-commissaris Margrethe Vestager (Mededinging) als straf.
Het Amerikaanse internetbedrijf Google misbruikt zijn zoekmachine om eigen producten en diensten, zoals de prijsvergelijker Google Shopping, te bevoordelen ten opzichte van de concurrentie, stelt de commissie na zeven jaar onderzoek. Internetgebruikers krijgen eerst Google Shopping te zien. Daardoor worden zowel andere aanbieders als de consument benadeeld.
Tot eind augustus kreeg moederbedrijf Alphabet de tijd om een oplossing voor te stellen. De deadline verliep middernacht. Vestager sommeerde in juni ook dat Google zijn “illegale praktijken binnen negentig dagen beëindigt”.
In Europa vindt 90 procent van alle zoekopdrachten op internet via Google plaats. Volgens de commissie is de marktpositie van Google dominant in alle 31 landen van de Europese Economische Ruimte, dat zijn de 28 EU-landen plus Noorwegen, IJsland en Liechtenstein.
Het bedrijf misbruikt die positie om in al die landen Google Shopping "prominent" te tonen. In Nederland is dat sinds mei 2011 het geval, maar in Duitsland en Groot-Brittannië begon dat al in januari 2008, aldus Vestager.
Brussel onderzoekt nog andere praktijken van Google die mogelijk tegen de EU-regels zijn. Die draaien rond advertenties en oneerlijke concurrentie met zijn mobiele besturingssysteem Android. Google zou fabrikanten en operatoren ertoe verplichten apps te installeren die door Google ontwikkeld zijn, zoals GooglePlay en Google Chrome.
Europarlementariër Esther de Lange (CDA) zei eerder dit jaar al: “Google ondermijnt het functioneren van de vrije markt op het internet. Deze zaak is van cruciaal belang voor de vorming van een eerlijke digitale economie.”