Het Amerikaanse autoconcern zou met 3 miljard euro aan hulpkredieten van de
Amerikaanse en verschillende Europese overheden Opel en de Britse tak
Vauxhall in eigen hand willen houden.
Tegen wens Duitsland in
Dat meldden verschillende media dinsdag. Daarmee zou GM, dat sinds een
doorstart in juli voor ruim 60 procent in handen is van de Amerikaanse
overheid, de wens van Duitsland negeren.
De Duitse regering staat klaar om Opel voor miljarden euro’s aan noodkredieten
te voorzien, op voorwaarde dat de Duitse autofabrikant wordt verkocht aan
het consortium van de Canadese producent van auto-onderdelen Magna en de
Russische staatsbank Sberbank.
Nog een gegadigde
GM en Magna slaagden er de afgelopen weken echter niet in om een overeenkomst
te sluiten. Naast Magna is investeringsmaatschappij RHJ International nog
altijd in de race om Opel over te nemen.
"Duitsland heeft duidelijk gemaakt dat het interesse heeft in Magna, maar er
kunnen ook andere bronnen van financiering zijn”, aldus een ingewijde in de
Britse krant Financial Times. "Die worden nu onderzocht.”
Nieuw voorstel verwacht
Afgelopen vrijdag weigerde het bestuur van GM een verkoop aan Magna te steunen
en moest topman Fritz Henderson onderzoeken hoe Opel overeind kan worden
gehouden zonder verkoop. Het nieuwe voorstel moet op de volgende
bestuursvergadering, begin september, worden besproken.
Het geld dat nodig is om Opel als GM-dochter te laten voortbestaan zou het
Amerikaanse concern onder meer willen ophalen in Spanje en Groot-Brittannië.
Beide landen herbergen fabrieken van Opel en hadden de afgelopen weken
kritiek op het optreden van Duitsland, dat zich vooral zou bekommeren om het
lot van de Duitse werknemers van Opel.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl