- Artificial intelligence gaat voor een flinke omzetgroei van de Nederlandse IT-sector zorgen, volgens sectoreconomen van ING.
- De inzet van generatieve AI kan volgens de economen de productiviteit van softwareprogrammeurs verhogen en innovaties stimuleren.
- Voorlopig betekent dit echter wel dat Nederlandse bedrijven vaak gedwongen zijn om zich over te leveren aan grote Amerikaanse techreuzen zoals Microsoft, Google en Amazon.
- Lees ook: Artificial intelligence kan er juist voor zorgen dat werknemers méér uren moeten gaan draaien, volgens de baas van een AI-bedrijf
De opkomst van generatieve artificial intelligence (AI) kan een aanzienlijke groei betekenen voor Nederlandse IT-bedrijven, stellen economen van ING in een nieuw rapport. Volgens de sectoreconomen zou het omarmen van de technologie betekenen dat de IT-sector ten minste kan vasthouden aan de groei van rond de vijf procent die de afgelopen jaren ook genoten werd. Zonder AI zou dit teruglopen naar drie tot vier procent.
De analisten van ING denken dat er vooral winst te behalen valt bij bij de productiviteit van softwareprogrammeurs die meer en makkelijker kunnen programmeren met behulp van onder andere Microsofts AI-chatbot Copilot.
Ook zou de technologie kunnen bijdragen aan innovatie door met behulp van AI-programma’s nieuwe ideeën en oplossingen te bedenken. Ook het inzetten van AI-chatbots voor de klantenservice is volgens de economen een goede manier om tijd bij werknemers vrij te maken voor andere, creatievere werkzaamheden.
Dominantie van Amerikaanse techreuzen in AI
ING denkt dan ook niet dat de opkomst van AI in het bedrijfsleven banen zal kosten. De sectoreconomen stellen dat het eerder werkzaamheden zal veranderen dan dan het werknemers overbodig zal maken. Ze verwachten dan ook niet dat artificial intelligence ook maar iets zal veranderen aan het personeelstekort in de Nederlandse IT-sector.
Maar niet alles is rozengeur en maneschijn, want de analisten erkennen ook dat er nog steeds problemen met generatieve AI zijn. Zo geven AI-modellen niet altijd feitelijk juiste informatie, is het energieverbruik nog zeer hoog en is niet altijd duidelijk hoe AI-programma's tot bepaalde antwoorden of conclusies komen.
Een risico voor Nederlandse IT-bedrijven is verder dat ze mogelijk te afhankelijk worden van de grotere, Amerikaanse AI-aanbieders. Vooralsnog zijn bedrijven sterk afhankelijk van de AI-oplossingen die techreuzen zoals Microsoft, Google en Amazon aanbieden. Het komt erop neer dat andere bedrijven bij deze partijen een abonnement op de clouddienstverlening nemen, waardoor er toegang tot AI-modellen van die bedrijven mogelijk is.
De kans op productiviteitsgroei is dus verbonden met het afnemen van producten bij derden, wat op zijn beurt weer zorgt voor een afhankelijkheid waar men niet makkelijk vanaf kan. Een wissel naar een andere grote partij is lastig, als een bedrijf eenmaal voor één van de grote techpartijen kiest.
Verder is en er tot op heden nog geen volwaardige Europese AI-aanbieder en zijn kleinschalige alternatieven beperkt. Voor dit probleem zien de economen van ING op korte termijn ook geen oplossing.