De huizenprijzen in Nederland worden nauwelijks beïnvloed door gedwongen verkopen van woningen met een Nationale Hypotheek Garantie.

Dat constateert het Centraal Planbureau (CPB) in een dinsdag gepubliceerd rapport.

Bij een gedwongen huizenverkoop zou de verkoopprijs vaak lager liggen dan bij een reguliere verkoop en kan die een besmettingseffect hebben op de prijzen van omringende woningen. Maar volgens het CPB valt dit allemaal wel mee. Uit het onderzoek blijkt dat bij een gedwongen huizenverkoop de prijs ongeveer 5 procent lager ligt dan bij een gewone verkoop.

Het prijsverschil tussen gewone verkoop en een gedwongen verkoop is volgens het CPB in Nederland veel kleiner dan bijvoorbeeld blijkt uit studies die in de Verenigde Staten zijn gedaan.

Gedwongen verkoop: prijs gemiddeld 5 procent lager

Dat er sprake is van een gemiddeld slechts 5 procent lagere prijs bij gedwongen verkoop in Nederland ligt volgens het CPB waarschijnlijk aan de eisen die de Nationale Hypotheekgarantie (NHG) stelt aan banken en huizenbezitters. Huizenbezitters zijn verplicht het huis zo goed mogelijk te onderhouden en banken moeten proberen een huis voor een zo hoog mogelijke prijs te verkopen.

Verder is het effect van een gedwongen verkoop op de prijzen van omliggende woningen (binnen een straal van 100 meter) gering met een prijsdaling van 0,4 procent, aldus het CPB.

Het effect is volgens het CPB iets groter als alleen wordt gekeken naar de verkoopprijzen van huizen in het lagere segment, onder de NHG-grens (265.000 euro).

Bron: ANP/Z24

Lees ook

Huis niet meer zo aantrekkelijk als vroeger: reken niet op forse prijsstijging

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl